Interglot - "destinatario" traducido de español a neerlandés

Resumen

Español a neerlandés: más información...

destinatario:
- ontvanger; recipiënt; bestemming; geadresseerde; iemand aan wie iets gegeven wordt; hij die ontvangt
Wiktionary:
- destinatario → ontvanger
- destinatario → geadresseerde, ontvanger

Español

Traducciones detalladas de destinatario de español a neerlandés

el destinatario (consignatario; recaudador)
de ontvanger; de recipiënt
- ontvanger [de ~ (m)] sustantivo
- recipiënt [de ~ (m)] sustantivo
el destinatario (consignatario; destinación; destino)
de bestemming; de geadresseerde
- bestemming [de ~ (v)] sustantivo
- geadresseerde [de ~] sustantivo
el destinatario (recaudador)
de ontvanger; iemand aan wie iets gegeven wordt
- ontvanger [de ~ (m)] sustantivo
- iemand aan wie iets gegeven wordt [znw.] sustantivo
el destinatario (recaudador)
de ontvanger; hij die ontvangt
- ontvanger [de ~ (m)] sustantivo
- hij die ontvangt [znw.] sustantivo
el destinatario
de ontvanger
- ontvanger [de ~ (m)] sustantivo

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
bestemming	consignatario; destinación; destinatario; destino	apropriación; destinación; destino; destino de viaje; destino final; localización del transporte
geadresseerde	consignatario; destinación; destinatario; destino
hij die ontvangt	destinatario; recaudador
iemand aan wie iets gegeven wordt	destinatario; recaudador
ontvanger	consignatario; destinatario; recaudador
recipiënt	consignatario; destinatario; recaudador

destinatario

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• destinatario	→ geadresseerde	↔ addressee — person or organization to which something is addressed or sent
• destinatario	→ geadresseerde; ontvanger	↔ destinataire — Celui, celle qui doit recevoir un message.