Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. aanrommelen:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de aanrommelen de neerlandés a inglés

aanrommelen:

aanrommelen verbo

  1. aanrommelen (aanrotzooien; scharrelen; rotzooien; knoeien)
    to mess around; to fool around; fool about; to mess about

Translation Matrix for aanrommelen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
fool about aanrommelen; aanrotzooien; knoeien; rotzooien; scharrelen
fool around aanrommelen; aanrotzooien; knoeien; rotzooien; scharrelen aan de scharrel zijn; flirten; scharrelen
mess about aanrommelen; aanrotzooien; knoeien; rotzooien; scharrelen aanmodderen; modderen; prutsen; rommelen
mess around aanrommelen; aanrotzooien; knoeien; rotzooien; scharrelen fröbelen; knutselen; prutsen

Wiktionary: aanrommelen

aanrommelen
verb
  1. planloos te werk gaan