Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. gokken:
  2. gok:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de gokken de neerlandés a español

gokken:

gokken verbo (gok, gokt, gokte, gokten, gegokt)

  1. gokken (een gok wagen)
  2. gokken (met geld spelen)

Conjugaciones de gokken:

o.t.t.
  1. gok
  2. gokt
  3. gokt
  4. gokken
  5. gokken
  6. gokken
o.v.t.
  1. gokte
  2. gokte
  3. gokte
  4. gokten
  5. gokten
  6. gokten
v.t.t.
  1. heb gegokt
  2. hebt gegokt
  3. heeft gegokt
  4. hebben gegokt
  5. hebben gegokt
  6. hebben gegokt
v.v.t.
  1. had gegokt
  2. had gegokt
  3. had gegokt
  4. hadden gegokt
  5. hadden gegokt
  6. hadden gegokt
o.t.t.t.
  1. zal gokken
  2. zult gokken
  3. zal gokken
  4. zullen gokken
  5. zullen gokken
  6. zullen gokken
o.v.t.t.
  1. zou gokken
  2. zou gokken
  3. zou gokken
  4. zouden gokken
  5. zouden gokken
  6. zouden gokken
diversen
  1. gok!
  2. gokt!
  3. gegokt
  4. gokkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

gokken [het ~] sustantivo

  1. het gokken
    la apuesta; el apostar

Translation Matrix for gokken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
apostar gokken in zingen uitbarsten; lied aanheffen; lied inzetten
apuesta gokken doel; doeleinde; geld inzetten; gewaagde onderneming; gok; in zingen uitbarsten; inzet; inzetten; kans; lied aanheffen; lied inzetten; risico; risicovolle onderneming; streven; waagstuk; weddenschap
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
apostar een gok wagen; gokken; met geld spelen aangrijpen; aanwenden; benutten; erbij doen; gebruik maken van; gebruiken; inzetten; muziek componeren; speelgeld inzetten; toepassen; toevoegen; verwedden; voegen; wedden
jugar een gok wagen; gokken acteren; inzetten; neerleggen; onderuit halen; speelgeld inzetten; toneelspelen; uitspelen
jugarse een gok wagen; gokken aangrijpen; aanwenden; benutten; gebruiken; inzetten; toepassen; verbeuren; vergokken; vergooien; verspelen; verwedden; wedden
probar suerte een gok wagen; gokken
tentar la suerte een gok wagen; gokken

Palabras relacionadas con "gokken":


Wiktionary: gokken

gokken
verb
  1. iets van waarde, veelal geld, inzetten op de mogelijke uitkomst van iets onzekers

Cross Translation:
FromToVia
gokken apostar bet — To stake or pledge upon the outcome of an event
gokken jugar; apostar gamble — to play casino games
gokken especular punt — make a highly speculative investment or other commitment

gok:

gok [de ~ (m)] sustantivo

  1. de gok (waagstuk; gewaagde onderneming; risicovolle onderneming; risico; kans)
    la apuesta; la empresa arriesgada; la aventura

Translation Matrix for gok:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
apuesta gewaagde onderneming; gok; kans; risico; risicovolle onderneming; waagstuk doel; doeleinde; geld inzetten; gokken; in zingen uitbarsten; inzet; inzetten; lied aanheffen; lied inzetten; streven; weddenschap
aventura gewaagde onderneming; gok; kans; risico; risicovolle onderneming; waagstuk ambacht; avonturen; avontuur; escapade; lotgeval; lotgevallen; métier; stiel; uitstapje; vak; weddenschap
empresa arriesgada gewaagde onderneming; gok; kans; risico; risicovolle onderneming; waagstuk

Palabras relacionadas con "gok":


Wiktionary: gok


Cross Translation:
FromToVia
gok conjetura guess — prediction about the outcome of something