Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. kalibreren:


Neerlandés

Traducciones detalladas de kalibreren de neerlandés a español

kalibreren:

kalibreren verbo (kalibreer, kalibreert, kalibreerde, kalibreerden, gekalibreerd)

  1. kalibreren
  2. kalibreren

Conjugaciones de kalibreren:

o.t.t.
  1. kalibreer
  2. kalibreert
  3. kalibreert
  4. kalibreren
  5. kalibreren
  6. kalibreren
o.v.t.
  1. kalibreerde
  2. kalibreerde
  3. kalibreerde
  4. kalibreerden
  5. kalibreerden
  6. kalibreerden
v.t.t.
  1. heb gekalibreerd
  2. hebt gekalibreerd
  3. heeft gekalibreerd
  4. hebben gekalibreerd
  5. hebben gekalibreerd
  6. hebben gekalibreerd
v.v.t.
  1. had gekalibreerd
  2. had gekalibreerd
  3. had gekalibreerd
  4. hadden gekalibreerd
  5. hadden gekalibreerd
  6. hadden gekalibreerd
o.t.t.t.
  1. zal kalibreren
  2. zult kalibreren
  3. zal kalibreren
  4. zullen kalibreren
  5. zullen kalibreren
  6. zullen kalibreren
o.v.t.t.
  1. zou kalibreren
  2. zou kalibreren
  3. zou kalibreren
  4. zouden kalibreren
  5. zouden kalibreren
  6. zouden kalibreren
en verder
  1. is gekalibreerd
diversen
  1. kalibreer!
  2. kalibreert!
  3. gekalibreerd
  4. kalibrerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for kalibreren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
marcar aankruisen; aanstrepen; aftekenen; afvinken
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
aforar kalibreren
calibrar kalibreren diepte bepalen; meten; opmeten; peilen
comprobar kalibreren aantonen; afwegen; bepalen; beproeven; bewijzen; checken; constateren; controleren; determineren; diepte bepalen; doorvorsen; examineren; inschatten; keuren; meten; nagaan; nakijken; narekenen; naspeuren; nasporen; natellen; natrekken; onderzoeken; opmeten; overhoren; peilen; schatten; staven; testen; toetsen; vaststellen; verifieren; verifiëren; zekerstellen
localizar kalibreren lokaliseren; opsporen; plaats toekennen; plaatsen; traceren; vinden
marcar kalibreren aankruisen; aanstrepen; afvinken; eerbied bewijzen; eren; kiezen; lofprijzen; markeren; merken; vinken
pulsar kalibreren op toetsen drukken; tikken op
situar kalibreren deponeren; leggen; neerleggen; neerzetten; onderuit halen; plaats toekennen; plaatsen; situeren; stationeren; wegleggen; zetten; zich afspelen
tantear kalibreren polsen
OtherTraducciones relacionadasOther Translations
marcar draaiend kiezen; kiezen