Neerlandés

Traducciones detalladas de negeren de neerlandés a español

negeren:

negeren verbo (negeer, negeert, negeerde, negeerden, genegeerd)

  1. negeren (links laten liggen)
  2. negeren
  3. negeren

Conjugaciones de negeren:

o.t.t.
  1. negeer
  2. negeert
  3. negeert
  4. negeren
  5. negeren
  6. negeren
o.v.t.
  1. negeerde
  2. negeerde
  3. negeerde
  4. negeerden
  5. negeerden
  6. negeerden
v.t.t.
  1. heb genegeerd
  2. hebt genegeerd
  3. heeft genegeerd
  4. hebben genegeerd
  5. hebben genegeerd
  6. hebben genegeerd
v.v.t.
  1. had genegeerd
  2. had genegeerd
  3. had genegeerd
  4. hadden genegeerd
  5. hadden genegeerd
  6. hadden genegeerd
o.t.t.t.
  1. zal negeren
  2. zult negeren
  3. zal negeren
  4. zullen negeren
  5. zullen negeren
  6. zullen negeren
o.v.t.t.
  1. zou negeren
  2. zou negeren
  3. zou negeren
  4. zouden negeren
  5. zouden negeren
  6. zouden negeren
en verder
  1. ben genegeerd
  2. bent genegeerd
  3. is genegeerd
  4. zijn genegeerd
  5. zijn genegeerd
  6. zijn genegeerd
diversen
  1. negeer!
  2. negeert!
  3. genegeerd
  4. negerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for negeren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
denigrar links laten liggen; negeren denigreren; geringschatten; kleineren; minachten; neerkijken op; verachten
desdeñar links laten liggen; negeren geringschatten; laten passeren; minachten; neerkijken op; verachten; versmaden
despreciar links laten liggen; negeren geringschatten; laten passeren; minachten; neerkijken op; verachten; versmaden
ignorar links laten liggen; negeren doodzwijgen; ignoreren; volkomen negeren
negar links laten liggen; negeren achterhouden; afketsen; afkeuren; afstemmen; afwijzen; behouden; logenstraffen; loochenen; ontkennen; opzijleggen; protesteren; reserveren; ricocheren; tegenspreken; tegenwerpen; terughouden; verbieden; verloochenen; verwerpen; verzaken; weerspreken; weigeren
reemplazar negeren aanschouwen; aflossen; bekijken; kijken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; remplaceren; staren; talrijker maken; turen; uitbreiden; vergroten; vermeerderen; vernieuwen; vervangen; verwisselen; zien

Palabras relacionadas con "negeren":


Wiktionary: negeren

negeren
verb
  1. doen alsof iemand of iets niet bestaat

Cross Translation:
FromToVia
negeren ignorar disregard — to ignore
negeren desoír; ignorar ignore — to deliberately pay no attention to
negeren descuidar neglect — disregard
negeren pasar por alto ignorer — Ne pas connaître.
negeren desconocer; ignorar méconnaitreignorer, ne pas reconnaitre.
negeren no hacer caso; pasar por alto méconnaître — Ne pas reconnaître.

neger:

neger [de ~ (m)] sustantivo

  1. de neger (zwarte)
    el negro
    • negro [el ~] sustantivo

Translation Matrix for neger:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
negro neger; zwarte kleurling; nikker; roetmop; zwarte
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
negro zwart

Palabras relacionadas con "neger":

  • negeren, negers, negertje, negertjes

Wiktionary: neger


Cross Translation:
FromToVia
neger negra; negro Negro — person with dark skin
neger negraso; negrote; negrito; negrillo; mayate; negro; negro de mierda; gorila; mono nigger — negro person

Traducciones relacionadas de negeren