Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. snaaien:


Neerlandés

Traducciones detalladas de snaaien de neerlandés a español

snaaien:

Conjugaciones de snaaien:

o.t.t.
  1. snaai
  2. snaait
  3. snaait
  4. snaaien
  5. snaaien
  6. snaaien
o.v.t.
  1. snaaide
  2. snaaide
  3. snaaide
  4. snaaiden
  5. snaaiden
  6. snaaiden
v.t.t.
  1. heb gesnaaid
  2. hebt gesnaaid
  3. heeft gesnaaid
  4. hebben gesnaaid
  5. hebben gesnaaid
  6. hebben gesnaaid
v.v.t.
  1. had gesnaaid
  2. had gesnaaid
  3. had gesnaaid
  4. hadden gesnaaid
  5. hadden gesnaaid
  6. hadden gesnaaid
o.t.t.t.
  1. zal snaaien
  2. zult snaaien
  3. zal snaaien
  4. zullen snaaien
  5. zullen snaaien
  6. zullen snaaien
o.v.t.t.
  1. zou snaaien
  2. zou snaaien
  3. zou snaaien
  4. zouden snaaien
  5. zouden snaaien
  6. zouden snaaien
en verder
  1. ben gesnaaid
  2. bent gesnaaid
  3. is gesnaaid
  4. zijn gesnaaid
  5. zijn gesnaaid
  6. zijn gesnaaid
diversen
  1. snaai!
  2. snaait!
  3. gesnaaid
  4. snaaiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for snaaien:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
birlar afsnoepen; bietsen; inpikken
coger aangrijpen; aanklampen; aanpakken; aanvatten; beetnemen; beetpakken; begrijpen; greep; snappen; vastpakken; vatten
mangar bietsen; inpikken
robar stelen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
afanar gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken
birlar graaien; grijpen; grissen; jatten; pikken; snaaien; wegkapen achteroverdrukken; afpakken; aftroggelen; bietsen; gappen; grissen; inpikken; jatten; ontfutselen; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; vervreemden; wegkapen; wegpikken
coger achteroverdrukken; afnemen; benemen; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken aanklampen; aanpakken; aanvatten; absorberen; afbedelen; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; bemachtigen; betrappen; binden; binnen halen; boeien; grijpen; halen; iets onverwachts doen; ketenen; klauwen; kluisteren; nemen; nuttigen; obsederen; onverlangd krijgen; oogsten; opdoen; oplopen; opnemen; opslorpen; opslurpen; opvangen; pakken; plukken; snappen; te pakken krijgen; tepakkenkrijgen; vangen; vastgrijpen; vastklampen; vastnemen; vastpakken; vatten; verrassen; verschalken; verstrikken; verzamelen; wat neervalt opvangen
hurtqr achteroverdrukken; afnemen; benemen; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken
mangar gappen; graaien; grijpen; grissen; jatten; pikken; snaaien; stelen; weggraaien; wegkapen; wegpikken achterhouden; achteroverdrukken; afbedelen; afpakken; aftroggelen; bietsen; gappen; grissen; inpikken; jatten; onteigenen; ontfutselen; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken
robar achteroverdrukken; afnemen; benemen; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken achterhouden; achteroverdrukken; achteruitgaan; afbedelen; afnemen; afpakken; aftroggelen; beroven; beroven van; bestelen; bietsen; declineren; depriveren; gappen; grissen; inpikken; jatten; ladelichten; leegplunderen; minder worden; ontfutselen; ontnemen; ontstelen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; stelen; te kort doen; uitplunderen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken