Resumen
Neerlandés a francés:   más información...
  1. popelen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de popelen de neerlandés a francés

popelen:

popelen verbo (popel, popelt, popelde, popelden, gepopeld)

  1. popelen
    brûler de; trembler; palpiter; trépigner
    • brûler de verbo
    • trembler verbo (tremble, trembles, tremblons, tremblez, )
    • palpiter verbo (palpite, palpites, palpitons, palpitez, )
    • trépigner verbo (trépigne, trépignes, trépignons, trépignez, )

Conjugaciones de popelen:

o.t.t.
  1. popel
  2. popelt
  3. popelt
  4. popelen
  5. popelen
  6. popelen
o.v.t.
  1. popelde
  2. popelde
  3. popelde
  4. popelden
  5. popelden
  6. popelden
v.t.t.
  1. heb gepopeld
  2. hebt gepopeld
  3. heeft gepopeld
  4. hebben gepopeld
  5. hebben gepopeld
  6. hebben gepopeld
v.v.t.
  1. had gepopeld
  2. had gepopeld
  3. had gepopeld
  4. hadden gepopeld
  5. hadden gepopeld
  6. hadden gepopeld
o.t.t.t.
  1. zal popelen
  2. zult popelen
  3. zal popelen
  4. zullen popelen
  5. zullen popelen
  6. zullen popelen
o.v.t.t.
  1. zou popelen
  2. zou popelen
  3. zou popelen
  4. zouden popelen
  5. zouden popelen
  6. zouden popelen
diversen
  1. popel!
  2. popelt!
  3. gepopeld
  4. popelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for popelen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
brûler de popelen hunkeren; sterk verlangen
palpiter popelen kloppen; lillen; trillen
trembler popelen beven; bibberen; kloppen; lillen; rillen; sidderen; trillen; vibreren
trépigner popelen stampen; stampvoeten; trappelen