Resumen


Neerlandés

Sinónimos detallados de aanvragen en neerlandés

aanvragen:

aanvragen verbo (vraag aan, vraagt aan, vroeg aan, vroegen aan, aangevraagd)

  1. aanvragen
    vragen; verzoeken; aanvragen; uitnodigen; aanzoeken
    • vragen verbo (vraag, vraagt, vroeg, vroegen, gevraagd)
    • verzoeken verbo (verzoek, verzoekt, verzocht, verzochten, verzocht)
    • aanvragen verbo (vraag aan, vraagt aan, vroeg aan, vroegen aan, aangevraagd)
    • uitnodigen verbo (nodig uit, nodigt uit, nodigde uit, nodigden uit, uitgenodigd)
    • aanzoeken verbo (zoek aan, zoekt aan, zocht aan, zochten aan, aangezocht)
  2. aanvragen
    vragen; rekwestreren; aanvragen; verzoeken
    • vragen verbo (vraag, vraagt, vroeg, vroegen, gevraagd)
    • rekwestreren verbo (rekwestreer, rekwestreert, rekwestreerde, rekwestreerden, gerekwestreerd)
    • aanvragen verbo (vraag aan, vraagt aan, vroeg aan, vroegen aan, aangevraagd)
    • verzoeken verbo (verzoek, verzoekt, verzocht, verzochten, verzocht)
  3. aanvragen
    aanvragen; verzoeken; opvragen; vragen
    • aanvragen verbo (vraag aan, vraagt aan, vroeg aan, vroegen aan, aangevraagd)
    • verzoeken verbo (verzoek, verzoekt, verzocht, verzochten, verzocht)
    • opvragen verbo (vraag op, vraagt op, vroeg op, vroegen op, opgevraagd)
    • vragen verbo (vraag, vraagt, vroeg, vroegen, gevraagd)
  4. aanvragen
    – er officieel om vragen bij een instelling 1
    aanvragen
    – er officieel om vragen bij een instelling 1
    • aanvragen verbo (vraag aan, vraagt aan, vroeg aan, vroegen aan, aangevraagd)
      • u moet een nieuw paspoort aanvragen1

Conjugaciones de aanvragen:

o.t.t.
  1. vraag aan
  2. vraagt aan
  3. vraagt aan
  4. vragen aan
  5. vragen aan
  6. vragen aan
o.v.t.
  1. vroeg aan
  2. vroeg aan
  3. vroeg aan
  4. vroegen aan
  5. vroegen aan
  6. vroegen aan
v.t.t.
  1. heb aangevraagd
  2. hebt aangevraagd
  3. heeft aangevraagd
  4. hebben aangevraagd
  5. hebben aangevraagd
  6. hebben aangevraagd
v.v.t.
  1. had aangevraagd
  2. had aangevraagd
  3. had aangevraagd
  4. hadden aangevraagd
  5. hadden aangevraagd
  6. hadden aangevraagd
o.t.t.t.
  1. zal aanvragen
  2. zult aanvragen
  3. zal aanvragen
  4. zullen aanvragen
  5. zullen aanvragen
  6. zullen aanvragen
o.v.t.t.
  1. zou aanvragen
  2. zou aanvragen
  3. zou aanvragen
  4. zouden aanvragen
  5. zouden aanvragen
  6. zouden aanvragen
diversen
  1. vraag aan!
  2. vraagt aan!
  3. aangevraagd
  4. aanvragende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

aanvragen [het ~] sustantivo

  1. het aanvragen
    het aanvragen; opgeven

Definiciones relacionadas de "aanvragen":

  1. er officieel om vragen bij een instelling1
    • u moet een nieuw paspoort aanvragen1