Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. afvegen:


Neerlandés

Sinónimos detallados de afvegen en neerlandés

afvegen:

afvegen verbo (veeg af, veegt af, veegde af, veegden af, afgeveegd)

  1. afvegen
    afvegen; afwissen
    • afvegen verbo (veeg af, veegt af, veegde af, veegden af, afgeveegd)
    • afwissen verbo (wis af, wist af, wiste af, wisten af, afgewist)
  2. afvegen
    vegen; wegvegen; afvegen
    • vegen verbo (veeg, veegt, veegde, veegden, geveegd)
    • wegvegen verbo (veeg weg, veegt weg, veegde weg, veegden weg, weggeveegd)
    • afvegen verbo (veeg af, veegt af, veegde af, veegden af, afgeveegd)
  3. afvegen
    – schoonmaken door erover te bewegen met een doek of borstel 1
    afvegen
    – schoonmaken door erover te bewegen met een doek of borstel 1
    • afvegen verbo (veeg af, veegt af, veegde af, veegden af, afgeveegd)
      • je moet je mond even afvegen1

Conjugaciones de afvegen:

o.t.t.
  1. veeg af
  2. veegt af
  3. veegt af
  4. vegen af
  5. vegen af
  6. vegen af
o.v.t.
  1. veegde af
  2. veegde af
  3. veegde af
  4. veegden af
  5. veegden af
  6. veegden af
v.t.t.
  1. heb afgeveegd
  2. hebt afgeveegd
  3. heeft afgeveegd
  4. hebben afgeveegd
  5. hebben afgeveegd
  6. hebben afgeveegd
v.v.t.
  1. had afgeveegd
  2. had afgeveegd
  3. had afgeveegd
  4. hadden afgeveegd
  5. hadden afgeveegd
  6. hadden afgeveegd
o.t.t.t.
  1. zal afvegen
  2. zult afvegen
  3. zal afvegen
  4. zullen afvegen
  5. zullen afvegen
  6. zullen afvegen
o.v.t.t.
  1. zou afvegen
  2. zou afvegen
  3. zou afvegen
  4. zouden afvegen
  5. zouden afvegen
  6. zouden afvegen
diversen
  1. veeg af!
  2. veegt af!
  3. afgeveegd
  4. afvegende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Definiciones relacionadas de "afvegen":

  1. schoonmaken door erover te bewegen met een doek of borstel1
    • je moet je mond even afvegen1