Neerlandés

Sinónimos detallados de eerbaarheid en neerlandés

eerbaarheid:

eerbaarheid [de ~ (v)] sustantivo

  1. de eerbaarheid
    de deugdzaamheid; de degelijkheid; de eerbaarheid; de deugdelijkheid
  2. de eerbaarheid
    de gepastheid; het fatsoen; de fatsoenlijkheid; de netheid; de eerbaarheid; de kiesheid; de keurigheid

Palabras relacionadas con "eerbaarheid":


eerbaarheid forma de eerbaar:

eerbaar adj.

  1. eerbaar
  2. eerbaar
  3. eerbaar
    kuis; eerbaar; zedig

Palabras relacionadas con "eerbaar":