Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir knot

Sinónimos de "knot" en neerlandés

Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. knot:
  2. knotten:

Neerlandés

Sinónimos detallados de knot en neerlandés

knot:

knot [de ~ (m)] sustantivo

  1. de knot
    de knot; streng garen
  2. de knot
    de knot; knotje haar
  3. de knot
    de knoedel; de vlecht; de kluwen; haarknot; het knoedeltje; de knot; het knotje; de knoet; de wrong

Palabras relacionadas con "knot":


knotten:

knotten verbo (knot, knotte, knotten, geknot)

  1. knotten
    knotten
    • knotten verbo (knot, knotte, knotten, geknot)

Conjugaciones de knotten:

o.t.t.
  1. knot
  2. knot
  3. knot
  4. knotten
  5. knotten
  6. knotten
o.v.t.
  1. knotte
  2. knotte
  3. knotte
  4. knotten
  5. knotten
  6. knotten
v.t.t.
  1. heb geknot
  2. hebt geknot
  3. heeft geknot
  4. hebben geknot
  5. hebben geknot
  6. hebben geknot
v.v.t.
  1. had geknot
  2. had geknot
  3. had geknot
  4. hadden geknot
  5. hadden geknot
  6. hadden geknot
o.t.t.t.
  1. zal knotten
  2. zult knotten
  3. zal knotten
  4. zullen knotten
  5. zullen knotten
  6. zullen knotten
o.v.t.t.
  1. zou knotten
  2. zou knotten
  3. zou knotten
  4. zouden knotten
  5. zouden knotten
  6. zouden knotten
diversen
  1. knot!
  2. knot!
  5. geknot
  6. knottend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Palabras relacionadas con "knotten":








Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0159 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos