Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. logenstraffen:


Neerlandés

Sinónimos detallados de logenstraffen en neerlandés

logenstraffen:

logenstraffen verbo (logenstraf, logenstraft, logenstrafte, logenstraften, gelogenstraft)

  1. logenstraffen
    verloochenen; verzaken; loochenen; logenstraffen
    • verloochenen verbo (verloochen, verloochent, verloochende, verloochenden, verloochend)
    • verzaken verbo (verzaak, verzaakt, verzaakte, verzaakten, verzaakt)
    • loochenen verbo (loochen, loochent, loochende, loochenden, geloochend)
    • logenstraffen verbo (logenstraf, logenstraft, logenstrafte, logenstraften, gelogenstraft)

Conjugaciones de logenstraffen:

o.t.t.
  1. logenstraf
  2. logenstraft
  3. logenstraft
  4. logenstraffen
  5. logenstraffen
  6. logenstraffen
o.v.t.
  1. logenstrafte
  2. logenstrafte
  3. logenstrafte
  4. logenstraften
  5. logenstraften
  6. logenstraften
v.t.t.
  1. heb gelogenstraft
  2. hebt gelogenstraft
  3. heeft gelogenstraft
  4. hebben gelogenstraft
  5. hebben gelogenstraft
  6. hebben gelogenstraft
v.v.t.
  1. had gelogenstraft
  2. had gelogenstraft
  3. had gelogenstraft
  4. hadden gelogenstraft
  5. hadden gelogenstraft
  6. hadden gelogenstraft
o.t.t.t.
  1. zal logenstraffen
  2. zult logenstraffen
  3. zal logenstraffen
  4. zullen logenstraffen
  5. zullen logenstraffen
  6. zullen logenstraffen
o.v.t.t.
  1. zou logenstraffen
  2. zou logenstraffen
  3. zou logenstraffen
  4. zouden logenstraffen
  5. zouden logenstraffen
  6. zouden logenstraffen
en verder
  1. ben gelogenstraft
  2. bent gelogenstraft
  3. is gelogenstraft
  4. zijn gelogenstraft
  5. zijn gelogenstraft
  6. zijn gelogenstraft
diversen
  1. logenstraf!
  2. logenstraft!
  3. gelogenstraft
  4. logenstraffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze