Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. aandurven:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de aandurven de neerlandés a sueco

aandurven:

aandurven verbo (durf aan, durft aan, durfde aan, durfden aan, aangedurfd)

  1. aandurven
    våga; tordas
    • våga verbo (vågar, vågade, vågat)
    • tordas verbo (torder, tordde, tordast)

Conjugaciones de aandurven:

o.t.t.
  1. durf aan
  2. durft aan
  3. durft aan
  4. durven aan
  5. durven aan
  6. durven aan
o.v.t.
  1. durfde aan
  2. durfde aan
  3. durfde aan
  4. durfden aan
  5. durfden aan
  6. durfden aan
v.t.t.
  1. heb aangedurfd
  2. hebt aangedurfd
  3. heeft aangedurfd
  4. hebben aangedurfd
  5. hebben aangedurfd
  6. hebben aangedurfd
v.v.t.
  1. had aangedurfd
  2. had aangedurfd
  3. had aangedurfd
  4. hadden aangedurfd
  5. hadden aangedurfd
  6. hadden aangedurfd
o.t.t.t.
  1. zal aandurven
  2. zult aandurven
  3. zal aandurven
  4. zullen aandurven
  5. zullen aandurven
  6. zullen aandurven
o.v.t.t.
  1. zou aandurven
  2. zou aandurven
  3. zou aandurven
  4. zouden aandurven
  5. zouden aandurven
  6. zouden aandurven
diversen
  1. durf aan!
  2. durft aan!
  3. aangedurfd
  4. aandurvende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aandurven:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
våga durven; wagen
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
tordas aandurven avonturen; durven; riskeren; wagen
våga aandurven avonturen; avonturieren; durven; inzetten; riskeren; speelgeld inzetten; wagen

Wiktionary: aandurven

aandurven
verb
  1. Moed hebben