Neerlandés

Traducciones detalladas de afstemmen de neerlandés a sueco

afstemmen:

afstemmen verbo (stem af, stemt af, stemde af, stemden af, afgestemd)

  1. afstemmen (bijstellen; regelen; afstellen)
    avstämma; justera
    • avstämma verbo (avstämmer, avstämde, avstämt)
    • justera verbo (justerar, justerade, justerat)
  2. afstemmen (afstellen)
    justera; avstämma; ställa in
    • justera verbo (justerar, justerade, justerat)
    • avstämma verbo (avstämmer, avstämde, avstämt)
    • ställa in verbo (ställer in, ställde in, ställt in)
  3. afstemmen (verwerpen; afwijzen; afkeuren)
    avsäga; avslå; förneka; uppsäga; förkasta; förvägra; försmå
    • avsäga verbo (avsäger, avsade, avsagt)
    • avslå verbo (avslår, avslog, avslagit)
    • förneka verbo (förnekar, förnekade, förnekat)
    • uppsäga verbo (uppsäger, uppsade, uppsägt)
    • förkasta verbo (förkastar, förkastade, förkastat)
    • förvägra verbo (förvägrar, förvägrade, förvägrat)
    • försmå verbo (försmår, försmådde, försmått)
  4. afstemmen (gelijkschakelen)
    avstämma
    • avstämma verbo (avstämmer, avstämde, avstämt)
  5. afstemmen (instellen)
    anpassa; justera
    • anpassa verbo (anpassar, anpassade, anpassat)
    • justera verbo (justerar, justerade, justerat)
  6. afstemmen (wegstemmen; verwerpen; afwijzen; )
    avslå; nerrösta; avvisa
    • avslå verbo (avslår, avslog, avslagit)
    • nerrösta verbo (nerröstar, nerröstade, nerröstat)
    • avvisa verbo (avvisar, avvisade, avvisat)
  7. afstemmen

Conjugaciones de afstemmen:

o.t.t.
  1. stem af
  2. stemt af
  3. stemt af
  4. stemmen af
  5. stemmen af
  6. stemmen af
o.v.t.
  1. stemde af
  2. stemde af
  3. stemde af
  4. stemden af
  5. stemden af
  6. stemden af
v.t.t.
  1. heb afgestemd
  2. hebt afgestemd
  3. heeft afgestemd
  4. hebben afgestemd
  5. hebben afgestemd
  6. hebben afgestemd
v.v.t.
  1. had afgestemd
  2. had afgestemd
  3. had afgestemd
  4. hadden afgestemd
  5. hadden afgestemd
  6. hadden afgestemd
o.t.t.t.
  1. zal afstemmen
  2. zult afstemmen
  3. zal afstemmen
  4. zullen afstemmen
  5. zullen afstemmen
  6. zullen afstemmen
o.v.t.t.
  1. zou afstemmen
  2. zou afstemmen
  3. zou afstemmen
  4. zouden afstemmen
  5. zouden afstemmen
  6. zouden afstemmen
diversen
  1. stem af!
  2. stemt af!
  3. afgestemd
  4. afstemmende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

afstemmen [znw.] sustantivo

  1. afstemmen (inregelen; regelen; instellen; afstellen)
    ställa in
  2. afstemmen (afstelling; afstemming)

Translation Matrix for afstemmen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
avstämmning afstelling; afstemmen; afstemming
ställa in afstellen; afstemmen; inregelen; instellen; regelen instelling op
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
anpassa afstemmen; instellen aanpassen; accommoderen; assimileren; bijstellen; personaliseren
avslå afketsen; afkeuren; afstemmen; afwijzen; terugwijzen; verweren; verwerpen; wegstemmen afkeuren; veroordelen
avstämma afstellen; afstemmen; bijstellen; gelijkschakelen; regelen
avsäga afkeuren; afstemmen; afwijzen; verwerpen
avvisa afketsen; afstemmen; afwijzen; terugwijzen; verweren; verwerpen; wegstemmen afzien van rechtsvervolging; hardvallen; onvriendelijk bejegenen; seponeren; weigeren
förkasta afkeuren; afstemmen; afwijzen; verwerpen afdanken; afschaffen; ecarteren
förneka afkeuren; afstemmen; afwijzen; verwerpen afzweren; logenstraffen; loochenen; onteigenen; ontkennen; verloochenen; verzaken
försmå afkeuren; afstemmen; afwijzen; verwerpen laten passeren; versmaden
förvägra afkeuren; afstemmen; afwijzen; verwerpen
justera afstellen; afstemmen; bijstellen; instellen; regelen aanpassen; bijstellen; diepte loden; ding rechtzetten; uitlijnen; uitvullen
nerrösta afketsen; afstemmen; afwijzen; terugwijzen; verweren; verwerpen; wegstemmen
ställa in afstellen; afstemmen nullificeren; ondervangen; opheffen; teniet doen; verijdelen; vernietigen
stämma av afstemmen
uppsäga afkeuren; afstemmen; afwijzen; verwerpen

Wiktionary: afstemmen


Cross Translation:
FromToVia
afstemmen stämma tune — to modify a musical instrument

Traducciones relacionadas de afstemmen