Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. grijns:
  2. grijnzen:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de grijns de neerlandés a sueco

grijns:

grijns [de ~] sustantivo

  1. de grijns (sneer; grijnslach)
    grimassera
  2. de grijns (grimas; grijnslach)
    grimas

Translation Matrix for grijns:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
grimas grijns; grijnslach; grimas
grimassera grijns; grijnslach; sneer

Palabras relacionadas con "grijns":


Wiktionary: grijns


Cross Translation:
FromToVia
grijns flin grin — A smile revealing the teeth

grijnzen:

grijnzen verbo (grijns, grijnst, grijnsde, grijnsden, gegrijnsd)

  1. grijnzen (grimassen; grijnzend lachen)
    grina; grimasera
    • grina verbo (grinar, grinade, grinat)
    • grimasera verbo (grimaserar, grimaserade, grimaserat)
  2. grijnzen (glimlachen)
    le
    • le verbo (ler, log, lett)
  3. grijnzen (vals grijnzen; sneren)
    flina
    • flina verbo (flinar, flinade, flinat)

Conjugaciones de grijnzen:

o.t.t.
  1. grijns
  2. grijnst
  3. grijnst
  4. grijnzen
  5. grijnzen
  6. grijnzen
o.v.t.
  1. grijnsde
  2. grijnsde
  3. grijnsde
  4. grijnsden
  5. grijnsden
  6. grijnsden
v.t.t.
  1. heb gegrijnsd
  2. hebt gegrijnsd
  3. heeft gegrijnsd
  4. hebben gegrijnsd
  5. hebben gegrijnsd
  6. hebben gegrijnsd
v.v.t.
  1. had gegrijnsd
  2. had gegrijnsd
  3. had gegrijnsd
  4. hadden gegrijnsd
  5. hadden gegrijnsd
  6. hadden gegrijnsd
o.t.t.t.
  1. zal grijnzen
  2. zult grijnzen
  3. zal grijnzen
  4. zullen grijnzen
  5. zullen grijnzen
  6. zullen grijnzen
o.v.t.t.
  1. zou grijnzen
  2. zou grijnzen
  3. zou grijnzen
  4. zouden grijnzen
  5. zouden grijnzen
  6. zouden grijnzen
diversen
  1. grijns!
  2. grijnst!
  3. gegrijnsd
  4. grijnzend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for grijnzen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
flina grijnzen; sneren; vals grijnzen grinniken; proesten
grimasera grijnzen; grijnzend lachen; grimassen bekkentrekken; grimassen maken
grina grijnzen; grijnzend lachen; grimassen grienen; huilen; janken; snikken; snotteren; tranen; tranen afscheiden
le glimlachen; grijnzen

Palabras relacionadas con "grijnzen":


Wiktionary: grijnzen


Cross Translation:
FromToVia
grijnzen flina grin — To smile showing the teeth
grijnzen flina; grina grinsen — mit breitem Mund lächeln