Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. ontdekken:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de ontdekken de neerlandés a sueco

ontdekken:

ontdekken verbo (ontdek, ontdekt, ontdekte, ontdekten, ontdekt)

  1. ontdekken (ontwaren; opsporen)
    röja; yppa; avslöja; uppenbara
    • röja verbo (röjer, röjde, röjt)
    • yppa verbo (yppar, yppade, yppat)
    • avslöja verbo (avslöjer, avslöjde, avslöjt)
    • uppenbara verbo (uppenbarar, uppenbarade, uppenbarat)
  2. ontdekken (vinden)
    lära; upptäcka; yppa
    • lära verbo (lär, lärde, lärt)
    • upptäcka verbo (upptäcker, upptäckte, upptäckt)
    • yppa verbo (yppar, yppade, yppat)

Conjugaciones de ontdekken:

o.t.t.
  1. ontdek
  2. ontdekt
  3. ontdekt
  4. ontdekken
  5. ontdekken
  6. ontdekken
o.v.t.
  1. ontdekte
  2. ontdekte
  3. ontdekte
  4. ontdekten
  5. ontdekten
  6. ontdekten
v.t.t.
  1. heb ontdekt
  2. hebt ontdekt
  3. heeft ontdekt
  4. hebben ontdekt
  5. hebben ontdekt
  6. hebben ontdekt
v.v.t.
  1. had ontdekt
  2. had ontdekt
  3. had ontdekt
  4. hadden ontdekt
  5. hadden ontdekt
  6. hadden ontdekt
o.t.t.t.
  1. zal ontdekken
  2. zult ontdekken
  3. zal ontdekken
  4. zullen ontdekken
  5. zullen ontdekken
  6. zullen ontdekken
o.v.t.t.
  1. zou ontdekken
  2. zou ontdekken
  3. zou ontdekken
  4. zouden ontdekken
  5. zouden ontdekken
  6. zouden ontdekken
en verder
  1. ben ontdekt
  2. bent ontdekt
  3. is ontdekt
  4. zijn ontdekt
  5. zijn ontdekt
  6. zijn ontdekt
diversen
  1. ontdek!
  2. ontdekt!
  3. ontdekt
  4. ontdekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ontdekken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
lära leerstelsel; leersysteem
upptäcka beleving
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
avslöja ontdekken; ontwaren; opsporen bloot leggen; blootleggen; klikken; onthullen; ontmaskeren; ontplooien; ontpoppen; ontpoppen als; ontsluieren; openen; openstellen; reveleren; toegankelijk maken; uiteenvouwen; verklappen; verklikken; verlinken; verraden; vrijgeven
lära ontdekken; vinden aanleren; africhten; bijbrengen; bijleren; dier africhten; dresseren; eigen maken; horen; iets leren; kennis opdoen; leren; lesgeven; meekrijgen; meepikken; onderwijzen; oppikken; opsteken; te horen krijgen; trainen; vernemen; verwerven
röja ontdekken; ontwaren; opsporen ontpoppen als
uppenbara ontdekken; ontwaren; opsporen bloot leggen; reveleren
upptäcka ontdekken; vinden aantreffen; aftasten; bevoelen; tegenkomen; vinden
yppa ontdekken; ontwaren; opsporen; vinden ontpoppen; ontpoppen als
- erachterkomen

Sinónimos de "ontdekken":

  • erachterkomen

Definiciones relacionadas de "ontdekken":

  1. te weten komen hoe het is1
    • de politie ontdekte wie de dader was1

Wiktionary: ontdekken


Cross Translation:
FromToVia
ontdekken upptäcka discover — find something for the first time
ontdekken hitta; finna find — point out
ontdekken ta reda på find out — to discover
ontdekken upptäcka découvrirdégarnir de ce qui couvrir.
ontdekken skinna; upptäcka dépouiller — Traductions à trier suivant le sens