Resumen
Inglés a neerlandés: más información...
- total:
-
Wiktionary:
- total → totaal, som
- total → totaal, totale, geheel, gehele, compleet, complete, volledig, volledige
- total → bijeentellen, optellen, uitkomen op, gelijk zijn aan, in de prak rijden
Inglés
Traducciones detalladas de total de inglés a neerlandés
total:
Translation Matrix for total:
Palabras relacionadas con "total":
Sinónimos de "total":
Definiciones relacionadas de "total":
Wiktionary: total
total
noun
adjective
total
-
entire
-
complete
-
to add up
- total → bijeentellen; optellen
-
to equal after calculation
- total → uitkomen op; gelijk zijn aan
-
to demolish
- total → in de prak rijden
-
(intransitive) to amount to
- total → uitkomen op; gelijk zijn aan