Resumen


Español

Traducciones detalladas de transporte de español a neerlandés

transporte:

transporte [el ~] sustantivo

  1. el transporte
    het vervoer; de overbrenging; de verplaatsing; de afvoer; het transport; de verscheping
  2. el transporte (transferencia; transmisión; traslado; transbordo; traspaso)
    de overschrijving; de overmaking; de overboeking
  3. el transporte (traslado; transferencia; transbordo; )
    de overplaatsing
  4. el transporte (transferencia; transbordo; cambio; )
    de verruiling

Translation Matrix for transporte:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
afvoer transporte desagüe
overboeking transbordo; transferencia; transmisión; transporte; traslado; traspaso
overbrenging transporte
overmaking transbordo; transferencia; transmisión; transporte; traslado; traspaso
overplaatsing cambio; transbordo; transferencia; transmisión; transporte; traslado; traspaso
overschrijving transbordo; transferencia; transmisión; transporte; traslado; traspaso transferencia
transport transporte Transporte; transporte por carretera
verplaatsing transporte cambio de domicilio; emigración; migración; mudanza; traslado
verruiling cambio; permutación; transbordo; transferencia; transmisión; transporte; traslado; traspaso cambio; recambio; reemplazo; sustitución
verscheping transporte
vervoer transporte

Palabras relacionadas con "transporte":

  • transportes, transporta, transportas

Sinónimos de "transporte":


Wiktionary: transporte

transporte
noun
  1. vervoer naar elders
  2. het vervoer van voorwerpen/mensen/brandstoffen of data van een ene naar een andere plaats
  3. overbrenging van zaken van één plaats naar de andere

Cross Translation:
FromToVia
transporte transport TransportBeförderung, transportieren von Gut, Personen, Tieren
transporte vervoer; transport transport — act of transporting

Traducciones relacionadas de transporte