Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. biggen:
  2. big:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de biggen de neerlandés a alemán

biggen:

biggen [de ~] sustantivo, plural

  1. de biggen
    die Schweinchen; die Ferkel

Translation Matrix for biggen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Ferkel biggen big; biggetje; biggetjes; fielt; jong varken; kleine big; mispunt; naarling; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; stinkerd; varken; varkentje; varkentjes; vuilbek; zwijn
Schweinchen biggen big; biggetje; biggetjes; jong varken; kleine big; varkentje; varkentjes

Palabras relacionadas con "biggen":


big:

big [de ~] sustantivo

  1. de big (jong varken)
    Ferkel; Schweinchen; Schwein; die Sau

Translation Matrix for big:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Ferkel big; jong varken biggen; biggetje; biggetjes; fielt; kleine big; mispunt; naarling; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; stinkerd; varken; varkentje; varkentjes; vuilbek; zwijn
Sau big; jong varken smeerlap; varken; viezerik; vuilbek; zeug; zeugen; zwijn
Schwein big; jong varken bof; geluk; geluk hebbend; varken; varkens; vuilbek; wild varken; zwijn
Schweinchen big; jong varken biggen; biggetje; biggetjes; kleine big; varkentje; varkentjes

Palabras relacionadas con "big":


Wiktionary: big

big
noun
  1. een jong van het varken
big
noun
  1. Jägersprache: Wildschwein, das höchstens ein Jahr alt ist
  2. Junges des Hausschweins

Cross Translation:
FromToVia
big Ferkel cochonnet — Petit cochon
big Ferkel goret — éleva|fr jeune cochon ; porcelet. note Il est parfois employé comme synonyme de cochon.