Resumen


Neerlandés

Traducciones detalladas de toedekken de neerlandés a alemán

toedekken:

toedekken verbo (dek toe, dekt toe, dekte toe, dekten toe, toegedekt)

  1. toedekken (instoppen)
    zudecken; hineinstecken; hineinstopfen
    • zudecken verbo (decke zu, deckst zu, deckt zu, deckte zu, decktet zu, zugedeckt)
    • hineinstecken verbo (stecke hinein, steckst hinein, steckt hinein, steckte hinein, stecktet hinein, hineingesteckt)
    • hineinstopfen verbo (stopfe hinein, stopfst hinein, stopft hinein, stopfte hinein, stopftet hinein, hineingestopft)
  2. toedekken (iemand instoppen)
    hineinstopfen; hineinstecken
    • hineinstopfen verbo (stopfe hinein, stopfst hinein, stopft hinein, stopfte hinein, stopftet hinein, hineingestopft)
    • hineinstecken verbo (stecke hinein, steckst hinein, steckt hinein, steckte hinein, stecktet hinein, hineingesteckt)

Conjugaciones de toedekken:

o.t.t.
  1. dek toe
  2. dekt toe
  3. dekt toe
  4. dekken toe
  5. dekken toe
  6. dekken toe
o.v.t.
  1. dekte toe
  2. dekte toe
  3. dekte toe
  4. dekten toe
  5. dekten toe
  6. dekten toe
v.t.t.
  1. heb toegedekt
  2. hebt toegedekt
  3. heeft toegedekt
  4. hebben toegedekt
  5. hebben toegedekt
  6. hebben toegedekt
v.v.t.
  1. had toegedekt
  2. had toegedekt
  3. had toegedekt
  4. hadden toegedekt
  5. hadden toegedekt
  6. hadden toegedekt
o.t.t.t.
  1. zal toedekken
  2. zult toedekken
  3. zal toedekken
  4. zullen toedekken
  5. zullen toedekken
  6. zullen toedekken
o.v.t.t.
  1. zou toedekken
  2. zou toedekken
  3. zou toedekken
  4. zouden toedekken
  5. zouden toedekken
  6. zouden toedekken
en verder
  1. ben toegedekt
  2. bent toegedekt
  3. is toegedekt
  4. zijn toegedekt
  5. zijn toegedekt
  6. zijn toegedekt
diversen
  1. dek toe!
  2. dekt toe!
  3. toegedekt
  4. toedekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for toedekken:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
hineinstecken iemand instoppen; instoppen; toedekken afstemmen; binnen gaan; binnendringen; binnenproppen; binnensteken; erin steken; inbrengen; indringen; inproppen; insteken; instellen; invoegen; penetreren
hineinstopfen iemand instoppen; instoppen; toedekken bikken; binnenkrijgen; binnenproppen; brassen; bunkeren; consumeren; eten; ineen duwen; inproppen; naar binnen werken; nuttigen; opeten; opslokken; proppen; schransen; schrokken; slempen; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; voleten; volproppen; volschransen; volstoppen; volvreten; vreten; zitten proppen; zwelgen
zudecken instoppen; toedekken

Wiktionary: toedekken


Cross Translation:
FromToVia
toedekken beziehen; überziehen; belegen; decken; bedecken; einhüllen; verhüllen; zudecken; bespannen recouvrir — Couvrir de nouveau. (Sens général)