Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. opvoeren:
  2. opvaren:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de opvoeren de neerlandés a inglés

opvoeren:

opvoeren verbo (voer op, voert op, voerde op, voerden op, opgevoerd)

  1. opvoeren (vergroten)
    soup up; to tune

Conjugaciones de opvoeren:

o.t.t.
  1. voer op
  2. voert op
  3. voert op
  4. voeren op
  5. voeren op
  6. voeren op
o.v.t.
  1. voerde op
  2. voerde op
  3. voerde op
  4. voerden op
  5. voerden op
  6. voerden op
v.t.t.
  1. heb opgevoerd
  2. hebt opgevoerd
  3. heeft opgevoerd
  4. hebben opgevoerd
  5. hebben opgevoerd
  6. hebben opgevoerd
v.v.t.
  1. had opgevoerd
  2. had opgevoerd
  3. had opgevoerd
  4. hadden opgevoerd
  5. hadden opgevoerd
  6. hadden opgevoerd
o.t.t.t.
  1. zal opvoeren
  2. zult opvoeren
  3. zal opvoeren
  4. zullen opvoeren
  5. zullen opvoeren
  6. zullen opvoeren
o.v.t.t.
  1. zou opvoeren
  2. zou opvoeren
  3. zou opvoeren
  4. zouden opvoeren
  5. zouden opvoeren
  6. zouden opvoeren
en verder
  1. is opgevoerd
  2. zijn opgevoerd
diversen
  1. voer op!
  2. voert op!
  3. opgevoerd
  4. opvoerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for opvoeren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
tune deun; deuntje; melodie; wijs; wijsje
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
soup up opvoeren; vergroten
tune opvoeren; vergroten afstellen; afstemmen; bijstellen; instellen; invoeren; oprichten; regelen; stichten

Wiktionary: opvoeren

opvoeren
verb
  1. make larger
  2. to perform a theatrical role
  3. to do something in front of an audience
  4. to produce on a stage

opvoeren forma de opvaren:

opvaren [znw.] sustantivo

  1. opvaren
    the sailing up

Translation Matrix for opvaren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
sailing up opvaren