Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. bijtrekken:


Neerlandés

Traducciones detalladas de bijtrekken de neerlandés a inglés

bijtrekken:

bijtrekken verbo (trek bij, trekt bij, trok bij, trokken bij, bijgetrokken)

  1. bijtrekken (naartoe trekken; erbij trekken)
    to draw
    • draw verbo (draws, drew, drawing)

Conjugaciones de bijtrekken:

o.t.t.
  1. trek bij
  2. trekt bij
  3. trekt bij
  4. trekken bij
  5. trekken bij
  6. trekken bij
o.v.t.
  1. trok bij
  2. trok bij
  3. trok bij
  4. trokken bij
  5. trokken bij
  6. trokken bij
v.t.t.
  1. ben bijgetrokken
  2. bent bijgetrokken
  3. is bijgetrokken
  4. zijn bijgetrokken
  5. zijn bijgetrokken
  6. zijn bijgetrokken
v.v.t.
  1. was bijgetrokken
  2. was bijgetrokken
  3. was bijgetrokken
  4. waren bijgetrokken
  5. waren bijgetrokken
  6. waren bijgetrokken
o.t.t.t.
  1. zal bijtrekken
  2. zult bijtrekken
  3. zal bijtrekken
  4. zullen bijtrekken
  5. zullen bijtrekken
  6. zullen bijtrekken
o.v.t.t.
  1. zou bijtrekken
  2. zou bijtrekken
  3. zou bijtrekken
  4. zouden bijtrekken
  5. zouden bijtrekken
  6. zouden bijtrekken
diversen
  1. trek bij!
  2. trekt bij!
  3. bijgetrokken
  4. bijtrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bijtrekken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
draw attractie; trekking; trekpleister
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
draw bijtrekken; erbij trekken; naartoe trekken afbeelden; afsluiten; dichtdoen; krabbelen; lenen; ontlenen; portretteren; schilderen; sluiten; tekenen; toedoen; toemaken; trekken; uittekenen; voorttrekken