Resumen
Neerlandés a francés:   más información...
  1. weggraaien:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de weggraaien de neerlandés a francés

weggraaien:

weggraaien verbo (graai weg, graait weg, graaide weg, graaiden weg, weggegraaid)

  1. weggraaien (snaaien; stelen; gappen; wegpikken)
    voler; piquer; dérober; arracher
    • voler verbo (vole, voles, volons, volez, )
    • piquer verbo (pique, piques, piquons, piquez, )
    • dérober verbo (dérobe, dérobes, dérobons, dérobez, )
    • arracher verbo (arrache, arraches, arrachons, arrachez, )

Conjugaciones de weggraaien:

o.t.t.
  1. graai weg
  2. graait weg
  3. graait weg
  4. graaien weg
  5. graaien weg
  6. graaien weg
o.v.t.
  1. graaide weg
  2. graaide weg
  3. graaide weg
  4. graaiden weg
  5. graaiden weg
  6. graaiden weg
v.t.t.
  1. heb weggegraaid
  2. hebt weggegraaid
  3. heeft weggegraaid
  4. hebben weggegraaid
  5. hebben weggegraaid
  6. hebben weggegraaid
v.v.t.
  1. had weggegraaid
  2. had weggegraaid
  3. had weggegraaid
  4. hadden weggegraaid
  5. hadden weggegraaid
  6. hadden weggegraaid
o.t.t.t.
  1. zal weggraaien
  2. zult weggraaien
  3. zal weggraaien
  4. zullen weggraaien
  5. zullen weggraaien
  6. zullen weggraaien
o.v.t.t.
  1. zou weggraaien
  2. zou weggraaien
  3. zou weggraaien
  4. zouden weggraaien
  5. zouden weggraaien
  6. zouden weggraaien
diversen
  1. graai weg!
  2. graait weg!
  3. weggegraaid
  4. weggraaiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for weggraaien:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
arracher gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken aan flarden scheuren; afbreken; afklemmen; afknellen; afknijpen; afplukken; afrukken; afscheuren; breken; ergens uitscheuren; iem. afdwingen; losrukken; losscheuren; lostrekken; neerhalen; omblazen; omverhalen; omverrukken; omverwaaien; omwaaien; ontlokken; ontrukken; onttrekken; plukken; rooien; rukken; slopen; stuk scheuren; trekken; uit elkaar halen; uit elkaar rukken; uit elkaar trekken; uiteentrekken; uitrukken; uitscheuren; verscheuren; wegrukken
dérober gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken achterhouden; achteroverdrukken; afnemen; benemen; beroven; beroven van; depriveren; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontraadselen; ontrafelen; ontstelen; ontvreemden; ontwarren; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; te kort doen; toeëigenen; uitkleden; uitpluizen; uitrafelen; uitvezelen; uitzoeken; van kleding ontdoen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken
piquer gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken aanbijten; aanvreten; achteroverdrukken; afbedelen; afnemen; afpakken; aftroggelen; benemen; betrappen; bietsen; dichtbijten; ergeren; gappen; graaien; grijpen; grissen; happen; inpikken; irriteren; jatten; kapen; leegstelen; lekker eten; met spuit een medicijn toedienen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; op de zenuwen werken; opwekken; opwinden; pikken; plunderen; prikkelen; prikken; raspen; roven; savoureren; schaven; schuren; smikkelen; smullen; snaaien; snappen; spuiten; steken; steken geven; stelen; stimuleren; toebijten; toehappen; toesnauwen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervelen; vervreemden; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken
voler gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken achterhouden; achteroverdrukken; afnemen; benemen; beroven; beroven van; bestelen; depriveren; fladderen; gappen; hangen; inpikken; jatten; kapen; ladelichten; leegplunderen; leegstelen; navigeren; ontfutselen; ontnemen; ontstelen; ontvreemden; per vliegtuig reizen; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; stuiven; te kort doen; toeëigenen; uitplunderen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; vliegen; vliegtuig besturen; wapperen; wegfutselen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zweven

Wiktionary: weggraaien


Cross Translation:
FromToVia
weggraaien → s'emparer de; voler; piquer; arracher snatch — to steal