Resumen
Neerlandés a francés:   más información...
  1. incorporeren:


Neerlandés

Traducciones detalladas de incorporeren de neerlandés a francés

incorporeren:

incorporeren verbo (incorporeer, incorporeert, incorporeerde, incorporeerden, geïncorporeerd)

  1. incorporeren (opnemen in groter geheel; inlijven)
    incorporer; annexer
    • incorporer verbo (incorpore, incorpores, incorporons, incorporez, )
    • annexer verbo (annexe, annexes, annexons, annexez, )

Conjugaciones de incorporeren:

o.t.t.
  1. incorporeer
  2. incorporeert
  3. incorporeert
  4. incorporeren
  5. incorporeren
  6. incorporeren
o.v.t.
  1. incorporeerde
  2. incorporeerde
  3. incorporeerde
  4. incorporeerden
  5. incorporeerden
  6. incorporeerden
v.t.t.
  1. heb geïncorporeerd
  2. hebt geïncorporeerd
  3. heeft geïncorporeerd
  4. hebben geïncorporeerd
  5. hebben geïncorporeerd
  6. hebben geïncorporeerd
v.v.t.
  1. had geïncorporeerd
  2. had geïncorporeerd
  3. had geïncorporeerd
  4. hadden geïncorporeerd
  5. hadden geïncorporeerd
  6. hadden geïncorporeerd
o.t.t.t.
  1. zal incorporeren
  2. zult incorporeren
  3. zal incorporeren
  4. zullen incorporeren
  5. zullen incorporeren
  6. zullen incorporeren
o.v.t.t.
  1. zou incorporeren
  2. zou incorporeren
  3. zou incorporeren
  4. zouden incorporeren
  5. zouden incorporeren
  6. zouden incorporeren
en verder
  1. is geïncorporeerd
diversen
  1. incorporeer!
  2. incorporeert!
  3. geïncorporeerd
  4. incorporend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for incorporeren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
annexer incorporeren; inlijven; opnemen in groter geheel aanvullen; annexeren; completeren; inlijven; overnemen; toevoegen; voltallig maken
incorporer incorporeren; inlijven; opnemen in groter geheel aanvullen; absorberen; completeren; inbouwen; inbrengen; insluiten; invoegen; ontgroenen; opnemen; opslorpen; opslurpen; toevoegen; voltallig maken