Neerlandés

Traducciones detalladas de pot de neerlandés a francés

pot:

pot [de ~ (m)] sustantivo

  1. de pot (lesbienne)
    la gouine; la lesbienne
  2. de pot (vat; barrel; ton; )
    la tonne; le seau; le fût; le tonneau; le baril; la cuvette; la bassine; la cuve
  3. de pot (wedstrijd; partij; concours; strijd)
    la compétition; le match; le concours; la course; le jeu; la rencontre
  4. de pot (speelgeld; poule; inzet)
    l'enjeu; la mise
    • enjeu [le ~] sustantivo
    • mise [la ~] sustantivo
  5. de pot (kookpot)
    la casserole à manche; le pot; la marmite; la braisière; la daubière

Translation Matrix for pot:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
baril bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
bassine bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
braisière kookpot; pot doofpot; stoofpan; stoofschotels
casserole à manche kookpot; pot steelpan; steelpannetje
compétition concours; partij; pot; strijd; wedstrijd competitie; concurrentie; mededingers; rivaliteit; wedijver
concours concours; partij; pot; strijd; wedstrijd concoursen; coöperatie; medewerking; samenloop; strijden; toedoen; vechten; wedstrijden
course concours; partij; pot; strijd; wedstrijd hardloopwedstrijd; hardloperij; loop; race; ritprijs; wedloop; wedloop van hardlopers; wedren
cuve bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat bak; container; kuip; regenbak; reservoir; stortbak; tank; tobbe; trog; voederkrib; voedertrog; waskuip; waterreservoir
cuvette bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat del; duinpan; duinvallei; kit; kolenbak; kolenemmer; kolenkit; lampetkan; lampetkom; wasbak; waskom
daubière kookpot; pot stoofpan
enjeu inzet; pot; poule; speelgeld doel; doeleinde; geld inzetten; inzet; inzetten; streven
fût bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
gouine lesbienne; pot
jeu concours; partij; pot; strijd; wedstrijd beurt; game; marge; partijtje; potje; rondje; speelruimte; speelwijze; spel; speling; spelletje; stapel; wedstrijdje
lesbienne lesbienne; pot
marmite kookpot; pot ketel; kookketel; kookpan; pan; vleespot
match concours; partij; pot; strijd; wedstrijd match; partijtje; potje; spel; wedstrijdje
mise inzet; pot; poule; speelgeld aanleggen; aanwending; bod; doel; doeleinde; gebruik; geld inzetten; gokken; inlay; inzet; inzetten; kledij; motie; propositie; streven; toepassing; voorstel; voorstel doen
pot kookpot; pot borreltje; drinkglas; glaasje; glaasje jenever; glas; glazen pul; kan; kannetje; kit; kolenbak; kolenemmer; kolenkit; neutje; opkikkertje; schenkkan; schenkkannetje; slokje; tonnetje; vaatje
rencontre concours; partij; pot; strijd; wedstrijd ontmoeting; treffen
seau bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat aker; schepemmer; schepper
tonne bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat scheepston
tonneau bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat scheepston
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
lesbienne lesbisch

Palabras relacionadas con "pot":


Definiciones relacionadas de "pot":

  1. geld dat ingezet wordt bij een spel1
    • ik heb de pot gewonnen1
  2. lage schaal om in te plassen1
    • hij zet de kleuter op de pot1
  3. vat van aardewerk of glas1
    • hebben we nog een pot appelmoes?1

Wiktionary: pot

pot
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
  3. archaïsme|fr injur|fr coureuse ; femme de mauvaise vie.
  4. vase de terre ou de métal servant à divers usages.
  5. vase, seau, que l’on utilise la nuit pour faire ses besoins.

Cross Translation:
FromToVia
pot gouine; hommasse; camionneuse butch — masculine lesbian
pot WC can — toilet
pot gouine dyke — lesbian
pot pot; marmite; chaudron pot — vessel
pot pot Topf — kleines Gefäß
pot casserole TopfKurzform für: Kochtopf

potten:

potten verbo (pot, potte, potten, gepot)

  1. potten (oppotten; hamsteren; opzij leggen)
    mettre de côté; stocker; entasser; amasser; faire des réserves; séparer; accaparer; isoler; mettre à l'écart
    • stocker verbo (stocke, stockes, stockons, stockez, )
    • entasser verbo (entasse, entasses, entassons, entassez, )
    • amasser verbo (amasse, amasses, amassons, amassez, )
    • séparer verbo (sépare, sépares, séparons, séparez, )
    • accaparer verbo (accapare, accapares, accaparons, accaparez, )
    • isoler verbo (isole, isoles, isolons, isolez, )

Conjugaciones de potten:

o.t.t.
  1. pot
  2. pot
  3. pot
  4. potten
  5. potten
  6. potten
o.v.t.
  1. potte
  2. potte
  3. potte
  4. potten
  5. potten
  6. potten
v.t.t.
  1. heb gepot
  2. hebt gepot
  3. heeft gepot
  4. hebben gepot
  5. hebben gepot
  6. hebben gepot
v.v.t.
  1. had gepot
  2. had gepot
  3. had gepot
  4. hadden gepot
  5. hadden gepot
  6. hadden gepot
o.t.t.t.
  1. zal potten
  2. zult potten
  3. zal potten
  4. zullen potten
  5. zullen potten
  6. zullen potten
o.v.t.t.
  1. zou potten
  2. zou potten
  3. zou potten
  4. zouden potten
  5. zouden potten
  6. zouden potten
en verder
  1. is gepot
  2. zijn gepot
diversen
  1. pot!
  2. pot!
  3. gepot
  4. pottend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

potten [het ~] sustantivo

  1. het potten (in potten doen)
    la mise en pot

Translation Matrix for potten:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
mise en pot in potten doen; potten
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
accaparer hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten inpakken; inpalmen; opkopen; overnemen
amasser hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten accumuleren; bijeen drommen; bijeenschrapen; bijeenzamelen; bijeenzoeken; hopen; inzamelen; op bankrekening zetten; op elkaar stapelen; op elkaar zetten; opeenhopen; oppakken; oppikken; oppotten; oprapen; opsnappen; opstapelen; sparen; stapelen; vergaren; verzamelen
entasser hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten accumuleren; hopen; op elkaar stapelen; op elkaar zetten; opeenhopen; opstapelen; stapelen; zich ophopen; zich opstapelen
faire des réserves hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten
isoler hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten afdichten; afscheiden; afsplitsen; afzijdig stellen; afzonderen; apart zetten; dichten; isoleren; koudebestendig maken
mettre de côté hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten afzonderen; apart zetten; bewaren; isoleren; op bankrekening zetten; opbergen; opsparen; opzij leggen; opzijzetten; reserveren; sparen; voorbehouden; wegbergen; wegzetten
mettre à l'écart hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten afzonderen; apart zetten; eruit laten; isoleren; reserveren; voorbehouden
stocker hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten bergen; bewaren; deponeren; opruimen; opslaan
séparer hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten afbreken; afrukken; afscheiden; afscheuren; afsplijten; afsplitsen; afzonderen; apart zetten; breken; delen; doorzijgen; filteren; filtreren; isoleren; loskoppelen; neerhalen; omverhalen; opdelen; opsplitsen; ordenen; rangeren; scheiden; schiften; separeren; slopen; sorteren; splitsen; uit elkaar gaan; uit elkaar halen; uit elkaar plaatsen; uiteengaan; uiteenplaatsen; uiteenzetten; uitsplitsen; uitzoeken; van elkaar gaan; zeven; ziften

Palabras relacionadas con "potten":


Traducciones relacionadas de pot