Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir gauw

Sinónimos de "gauw" en neerlandés

Eliminar anuncios

Resumen

Sinónimos en neerlandés: más información...

gauw:
- gauw; gezwind; direct; spoedig; weldra; eerstdaags; dra; haastig; ijlings; binnenkort; snel; hard

Neerlandés

Sinónimos detallados de gauw en neerlandés

gauw:

gauw adj.

gauw
gauw; gezwind; direct
- gauw adj.
- gezwind adj.
- direct adj.
gauw
spoedig; gauw; weldra; eerstdaags; dra
- spoedig adj.
- gauw adj.
- weldra adv.
- eerstdaags adv.
- dra adv.
gauw
haastig; gauw; ijlings
- haastig adj.
- gauw adj.
- ijlings adv.
gauw

– binnen korte tijd ¹
binnenkort; spoedig; gauw
– binnen korte tijd ¹
- binnenkort adv.
  - binnenkort kopen we een nieuwe auto¹
- spoedig adj.
  - we zullen spoedig iets laten horen¹
- gauw adj.
  - het zal nu wel gauw gebeuren¹
gauw

– met grote vaart ¹
de snel; hard; gauw
– met grote vaart ¹
- snel [de ~] sustantivo
  - Jan reed snel naar huis¹
- hard adj.
  - hij rijdt veel te hard¹
- gauw adj.
  - ga nou gauw!¹

Palabras relacionadas con "gauw":

gauwst, gauwste

Sinónimos alternativos de "gauw":

binnenkort; eerdaags; spoedig
hard; snel

Antónimos de "gauw":

later; langzaam; traag

Definiciones relacionadas de "gauw":

binnen korte tijd¹
- het zal nu wel gauw gebeuren¹
met grote vaart¹
- ga nou gauw!¹

¹Muiswerk Woordenboek

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios