Neerlandés

Sinónimos detallados de klaar en neerlandés

klaar:

klaar adj.

  1. klaar
  2. klaar
  3. klaar
  4. klaar
  5. klaar
    paraat; gereed; klaar
  6. klaar
    – er hoeft niets meer aan gedaan te worden 1
    klaar; af
    – er hoeft niets meer aan gedaan te worden 1
    • klaar adj.
      • al het werk is klaar1
    • af adv.
      • de trui is af1
  7. klaar
    – helder en duidelijk 1
    klaar
    – helder en duidelijk 1
    • klaar adj.
      • dat is klare taal1

Palabras relacionadas con "klaar":


Sinónimos alternativos de "klaar":


Definiciones relacionadas de "klaar":

  1. er hoeft niets meer aan gedaan te worden1
    • al het werk is klaar1
  2. helder en duidelijk1
    • dat is klare taal1

klaar forma de klaren:

klaren verbo (klaar, klaart, klaarde, klaarden, geklaard)

  1. klaren
    klaren; in orde maken; regelen; afdoen
    • klaren verbo (klaar, klaart, klaarde, klaarden, geklaard)
    • in orde maken verbo (maak in orde, maakt in orde, maakte in orde, maakten in orde, in orde gemaakt)
    • regelen verbo (regel, regelt, regelde, regelden, geregeld)
    • afdoen verbo (doe af, doet af, deed af, deden af, afgedaan)
  2. klaren
    inklaren; klaren
    • inklaren verbo (klaar in, klaart in, klaarde in, klaarden in, ingeklaard)
    • klaren verbo (klaar, klaart, klaarde, klaarden, geklaard)
  3. klaren
    reinigen; kuisen; klaren; in zedelijk opzicht zuiveren; louteren

Conjugaciones de klaren:

o.t.t.
  1. klaar
  2. klaart
  3. klaart
  4. klaren
  5. klaren
  6. klaren
o.v.t.
  1. klaarde
  2. klaarde
  3. klaarde
  4. klaarden
  5. klaarden
  6. klaarden
v.t.t.
  1. heb geklaard
  2. hebt geklaard
  3. heeft geklaard
  4. hebben geklaard
  5. hebben geklaard
  6. hebben geklaard
v.v.t.
  1. had geklaard
  2. had geklaard
  3. had geklaard
  4. hadden geklaard
  5. hadden geklaard
  6. hadden geklaard
o.t.t.t.
  1. zal klaren
  2. zult klaren
  3. zal klaren
  4. zullen klaren
  5. zullen klaren
  6. zullen klaren
o.v.t.t.
  1. zou klaren
  2. zou klaren
  3. zou klaren
  4. zouden klaren
  5. zouden klaren
  6. zouden klaren
diversen
  1. klaar!
  2. klaart!
  3. geklaard
  4. klarend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Sinónimos relacionados de klaar