Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. ingaan:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de ingaan de neerlandés a sueco

ingaan:

ingaan verbo (ga in, gaat in, ging in, gingen in, ingegaan)

  1. ingaan (binnentreden; betreden; binnenkomen; )
    komma in; gå in; kliva in
    • komma in verbo (kommer in, komm in, kommit in)
    • gå in verbo (går in, gick in, gått in)
    • kliva in verbo (kliver in, klev in, klivit in)
  2. ingaan (reageren)
    reagera på
    • reagera på verbo (reagerar på, reagerade på, reagerat på)

Conjugaciones de ingaan:

o.t.t.
  1. ga in
  2. gaat in
  3. gaat in
  4. gaan in
  5. gaan in
  6. gaan in
o.v.t.
  1. ging in
  2. ging in
  3. ging in
  4. gingen in
  5. gingen in
  6. gingen in
v.t.t.
  1. ben ingegaan
  2. bent ingegaan
  3. is ingegaan
  4. zijn ingegaan
  5. zijn ingegaan
  6. zijn ingegaan
v.v.t.
  1. was ingegaan
  2. was ingegaan
  3. was ingegaan
  4. waren ingegaan
  5. waren ingegaan
  6. waren ingegaan
o.t.t.t.
  1. zal ingaan
  2. zult ingaan
  3. zal ingaan
  4. zullen ingaan
  5. zullen ingaan
  6. zullen ingaan
o.v.t.t.
  1. zou ingaan
  2. zou ingaan
  3. zou ingaan
  4. zouden ingaan
  5. zouden ingaan
  6. zouden ingaan
diversen
  1. ga in!
  2. gaat in!
  3. ingegaan
  4. ingaande
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

ingaan [znw.] sustantivo

  1. ingaan (van kracht worden; effectief worden)

Translation Matrix for ingaan:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
i kraft trädande effectief worden; ingaan; van kracht worden inwerkingtreding
verkan görande effectief worden; ingaan; van kracht worden
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
gå in betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan
kliva in betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan
komma in betreden; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; ingaan aangaan; aanknopen; aantreden; toetreden
reagera på ingaan; reageren erop ingaan; ingaan op; reageren op

Definiciones relacionadas de "ingaan":

  1. beginnen1
    • wanneer gaat de zomertijd in?1
  2. erop reageren1
    • de minister ging niet op zijn vragen in1

Wiktionary: ingaan


Cross Translation:
FromToVia
ingaan begynna; börja débutercommencer.

Traducciones relacionadas de ingaan