Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. aanpunten:


Neerlandés

Traducciones detalladas de aanpunten de neerlandés a inglés

aanpunten:

aanpunten verbo (punt aan, puntte aan, puntten aan, aangepunt)

  1. aanpunten
    to sharpen
    • sharpen verbo (sharpens, sharpened, sharpening)
  2. aanpunten (punten)
    to sharpen; sharpen one's pencil

Conjugaciones de aanpunten:

o.t.t.
  1. punt aan
  2. punt aan
  3. punt aan
  4. punten aan
  5. punten aan
  6. punten aan
o.v.t.
  1. puntte aan
  2. puntte aan
  3. puntte aan
  4. puntten aan
  5. puntten aan
  6. puntten aan
v.t.t.
  1. heb aangepunt
  2. hebt aangepunt
  3. heeft aangepunt
  4. hebben aangepunt
  5. hebben aangepunt
  6. hebben aangepunt
v.v.t.
  1. had aangepunt
  2. had aangepunt
  3. had aangepunt
  4. hadden aangepunt
  5. hadden aangepunt
  6. hadden aangepunt
o.t.t.t.
  1. zal aanpunten
  2. zult aanpunten
  3. zal aanpunten
  4. zullen aanpunten
  5. zullen aanpunten
  6. zullen aanpunten
o.v.t.t.
  1. zou aanpunten
  2. zou aanpunten
  3. zou aanpunten
  4. zouden aanpunten
  5. zouden aanpunten
  6. zouden aanpunten
diversen
  1. punt aan!
  2. punt aan!
  3. aangepunt
  4. aanpuntende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aanpunten:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
sharpen aanpunten; punten aanhalen; aanscherpen; aanslijpen; aanspitsen; aanzetten; scherp maken; scherpen; slijpen; verscherpen; wetten
Not SpecifiedTraducciones relacionadasOther Translations
sharpen one's pencil aanpunten; punten