Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. alvoor:


Neerlandés

Traducciones detalladas de alvoor de neerlandés a inglés

alvoor:

alvoor adj.

  1. alvoor (voordat; voor; alvorens; eer; aleer)
    before

Translation Matrix for alvoor:

AdverbTraducciones relacionadasOther Translations
before aleer; alvoor; alvorens; eer; voor; voordat daarvoor; eertijds; ervoor; ex; geweest; gewezen; in aanwezigheid van; overstaan; tevoren; toenmalig; van tevoren; vantevoren; voor; vooraf; vooraleer; voorheen; voormaals; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere