Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/español ->Buscar: aanvaring

Resultados de aanvaring en neerlandés y español

Eliminar anuncios

Resumen

Neerlandés a español: más información...

aanvaring:
- choque; colisión
Wiktionary:
- aanvaring → colisión, abordaje
- aanvaring → colisión en cadena, choque, golpe, colisión

Neerlandés

Traducciones detalladas de aanvaring de neerlandés a español

aanvaring:

aanvaring [de ~ (v)] sustantivo

de aanvaring (botsing)
el choque; la colisión
- choque [el ~] sustantivo
- colisión [la ~] sustantivo

Translation Matrix for aanvaring:

Noun	Traducciones relacionadas	Other Translations
choque	aanvaring; botsing	aanrijding; bons; botsing; collisie; doorstoot; dreun; geschok; geschud; gestoot; hort; klap; knal; kwak; opeen knallen; pof; schok; schokkende beweging; shock; smak; stoot
colisión	aanvaring; botsing	aanrijding; afstorten; botsing; collisie; conflict; neerstorten; opeen knallen
Other	Traducciones relacionadas	Other Translations
choque		botsing

Palabras relacionadas con "aanvaring":

aanvaringen

Wiktionary: aanvaring

aanvaring

noun

scheepvaart|nld botsing van een schip met een ander schip of object
- aanvaring → colisión; abordaje

Cross Translation:

From	To	Via
• aanvaring	→ colisión en cadena	↔ Karambolage — Zusammenstoß (mit einem Fahrzeug)
• aanvaring	→ choque; golpe; colisión	↔ choc — collision brusque, impact d’un corps avec un autre corps.

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios