Resumen
Alemán a neerlandés:   más información...
  1. sich abarbeiten:


Alemán

Traducciones detalladas de sich abarbeiten de alemán a neerlandés

sich abarbeiten:

sich abarbeiten verbo

  1. sich abarbeiten (schuften; sich abrackern; sich abmühen)
    zwoegen; ploeteren; sloven; afbeulen; sappelen; afjakkeren; afsloven; zich afsloven
    • zwoegen verbo (zwoeg, zwoegt, zwoegde, zwoegden, gezwoegd)
    • ploeteren verbo (ploeter, ploetert, ploeterde, ploeterden, geploeterd)
    • sloven verbo (sloof, slooft, sloofte, slooften, geslooft)
    • afbeulen verbo (beul af, beult af, beulde af, beulden af, afgebeuld)
    • sappelen verbo (sappel, sappelt, sappelde, sappelden, gesappeld)
    • afjakkeren verbo (jakker af, jakkert af, jakkerde af, jakkerden af, afgejakkerd)
    • afsloven verbo (sloof af, slooft af, sloofde af, sloofden af, afgesloofd)

Translation Matrix for sich abarbeiten:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
afbeulen abmühen; abrackern
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
afbeulen schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern schuften; schwer arbeiten
afjakkeren schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern
afsloven schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern
ploeteren schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern
sappelen schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern
sloven schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern schuften; schwer arbeiten
zich afsloven schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern
zwoegen schuften; sich abarbeiten; sich abmühen; sich abrackern

Traducciones relacionadas de sich abarbeiten