Resumen
Alemán a neerlandés:   más información...
  1. stinken:
  2. Wiktionary:


Alemán

Traducciones detalladas de stinken de alemán a neerlandés

stinken:

stinken verbo (stinke, stinkst, stinkt, stank, stanket, gestunken)

  1. stinken (riechen)
    stinken; meuren; een luchtje hebben; rieken; walmen; geuren
    • stinken verbo (stink, stinkt, stonk, stonken, gestonken)
    • meuren verbo (meur, meurt, meurde, meurden, gemeurd)
    • rieken verbo (riek, riekt, riekte, riekten, geriekt)
    • walmen verbo (walm, walmt, walmde, walmden, gewalmd)
    • geuren verbo (geur, geurt, geurde, geurden, gegeurd)
    ruiken
    – een geur verspreiden 1
    • ruiken verbo (ruik, ruikt, rook, roken, geroken)
      • dat parfum ruikt heerlijk1
  2. stinken (riechen)
    ruiken
    – waarnemen met je neus 1
    • ruiken verbo (ruik, ruikt, rook, roken, geroken)
      • ik ruik al wat we eten1
    rieken; geuren; een geur verspreiden

Conjugaciones de stinken:

Präsens
  1. stinke
  2. stinkst
  3. stinkt
  4. stinken
  5. stinkt
  6. stinken
Imperfekt
  1. stank
  2. stankst
  3. stank
  4. stanken
  5. stanket
  6. stanken
Perfekt
  1. habe gestunken
  2. hast gestunken
  3. hat gestunken
  4. haben gestunken
  5. habt gestunken
  6. haben gestunken
1. Konjunktiv [1]
  1. stinke
  2. stinkest
  3. stinke
  4. stinken
  5. stinket
  6. stinken
2. Konjunktiv
  1. stänke
  2. stänkest
  3. stänke
  4. stänken
  5. stänket
  6. stänken
Futur 1
  1. werde stinken
  2. wirst stinken
  3. wird stinken
  4. werden stinken
  5. werdet stinken
  6. werden stinken
1. Konjunktiv [2]
  1. würde stinken
  2. würdest stinken
  3. würde stinken
  4. würden stinken
  5. würdet stinken
  6. würden stinken
Diverses
  1. stink!
  2. stinkt!
  3. stinken Sie!
  4. gestunken
  5. stinkend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Translation Matrix for stinken:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
een geur verspreiden riechen; stinken
een luchtje hebben riechen; stinken
geuren riechen; stinken auffallen; glänzen; prahlen; prunken; zeigen; zur Schau stellen
meuren riechen; stinken schlafen; schlummern
rieken riechen; stinken
ruiken riechen; stinken
stinken riechen; stinken
walmen riechen; stinken qualmen

Sinónimos de "stinken":

  • miefen; muffeln; schlecht riechen; streng riechen; übel riechen

Wiktionary: stinken

stinken
verb
  1. -
stinken
verb
  1. een geur verspreiden
  2. een onaangename geur hebben

Cross Translation:
FromToVia
stinken stinken reek — to have or give off a strong, unpleasant smell
stinken ruiken; geuren; stinken smell — have a particular smell
stinken stinken stink — have a strong bad smell
stinken stinken stink — give an impression of dishonesty or untruth
stinken stinken puersentir mauvais.