Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. in elkaar zetten:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de in elkaar zetten de neerlandés a alemán

in elkaar zetten:

in elkaar zetten verbo (zet in elkaar, zette in elkaar, zetten in elkaar, in elkaar gezet)

  1. in elkaar zetten (assembleren; monteren)
    montieren; zusammensetzen; zusammenbauen
    • montieren verbo (montiere, montierst, montiert, montierte, montiertet, montiert)
    • zusammensetzen verbo (setze zusammen, setzt zusammen, setzte zusammen, setztet zusammen, zusammengesetzt)
    • zusammenbauen verbo (baue zusammen, baust zusammen, baut zusammen, baute zusammen, bautet zusammen, zusammengebaut)

Conjugaciones de in elkaar zetten:

o.t.t.
  1. zet in elkaar
  2. zet in elkaar
  3. zet in elkaar
  4. zetten in elkaar
  5. zetten in elkaar
  6. zetten in elkaar
o.v.t.
  1. zette in elkaar
  2. zette in elkaar
  3. zette in elkaar
  4. zetten in elkaar
  5. zetten in elkaar
  6. zetten in elkaar
v.t.t.
  1. heb in elkaar gezet
  2. hebt in elkaar gezet
  3. heeft in elkaar gezet
  4. hebben in elkaar gezet
  5. hebben in elkaar gezet
  6. hebben in elkaar gezet
v.v.t.
  1. had in elkaar gezet
  2. had in elkaar gezet
  3. had in elkaar gezet
  4. hadden in elkaar gezet
  5. hadden in elkaar gezet
  6. hadden in elkaar gezet
o.t.t.t.
  1. zal in elkaar zetten
  2. zult in elkaar zetten
  3. zal in elkaar zetten
  4. zullen in elkaar zetten
  5. zullen in elkaar zetten
  6. zullen in elkaar zetten
o.v.t.t.
  1. zou in elkaar zetten
  2. zou in elkaar zetten
  3. zou in elkaar zetten
  4. zouden in elkaar zetten
  5. zouden in elkaar zetten
  6. zouden in elkaar zetten
en verder
  1. is in elkaar gezet
  2. zijn in elkaar gezet
diversen
  1. zet in elkaar!
  2. zet in elkaar!
  3. in elkaar gezet
  4. in elkaar zettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for in elkaar zetten:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
montieren assembleren; in elkaar zetten; monteren fiksen; goedmaken; herstellen; maken; rechtzetten; repareren
zusammenbauen assembleren; in elkaar zetten; monteren
zusammensetzen assembleren; in elkaar zetten; monteren bijeen zetten

Wiktionary: in elkaar zetten


Cross Translation:
FromToVia
in elkaar zetten zusammensetzen; versammeln assemble — to put together

Traducciones automáticas externas:

Traducciones relacionadas de in elkaar zetten