Neerlandés

Traducciones detalladas de vijandigheid de neerlandés a alemán

vijandigheid:

vijandigheid [de ~ (v)] sustantivo

  1. de vijandigheid (vijandelijkheid)
    die Feindlichkeit; die Feindseligkeit; der Groll

Translation Matrix for vijandigheid:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Feindlichkeit vijandelijkheid; vijandigheid dreiging
Feindseligkeit vijandelijkheid; vijandigheid knorrigheid; kregelheid; vete; vijandschap
Groll vijandelijkheid; vijandigheid bitterheid; knorrigheid; kregelheid; verbittering; wrangheid; wrok

Palabras relacionadas con "vijandigheid":


Wiktionary: vijandigheid

vijandigheid
noun
  1. het vijandig zijn

Cross Translation:
FromToVia
vijandigheid Feindseligkeit hostility — state of being hostile

vijandig:


Translation Matrix for vijandig:

OtherTraducciones relacionadasOther Translations
boshaft boosaardig; slecht
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
abgeneigt afkerig van; vijandig afkerig; ongenegen; wars
abhold afkerig van; vijandig
aufsässig hatelijk; stekelig; vijandig eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; koppig; obstinaat; onwillig; oproerig; opstandig; rebellerend; rebels; recalcitrant; revolutionair; stijfhoofdig; tegendraads; weerbarstig; weerspannig
bedrohlich hatelijk; stekelig; vijandelijk; vijandig delicaat; dreigend; eng; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair
boshaft hatelijk; stekelig; vijandig gemeen; giftig; kwaadaardig; min; slecht; vals; venijnig
drohend hatelijk; stekelig; vijandelijk; vijandig delicaat; dreigend; eng; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair
feindlich hatelijk; stekelig; vijandelijk; vijandig delicaat; dreigend; eng; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair
feindselig hatelijk; stekelig; vijandelijk; vijandig haatdragend; verbeten
furchtbar hatelijk; stekelig; vijandig afgrijselijk; afschuwelijk; afstotelijk; afstotend; barbaars; beestachtig; bijzonder; bliksems; bruut; buitengewoon; delicaat; dreigend; eng; enorm; ergst; extreem; godgeklaagd; grootst; gruwelijk; hachelijk; hemeltergend; hoogst; ijzingwekkend; inhumaan; kritiek; lastig; maximaal; meest; misselijkmakend; monsterlijk; netelig; onmenselijk; ontiegelijk; ontzettend; penibel; precair; schandalig; schandelijk; schrikaanjagend; schrikbarend; schrikwekkend; ten hemel schreiend; uiterst; verdraaid; verduiveld; verfoeilijk; verschrikkelijk; vreselijk; walgelijk; weerzinwekkend; wreed; zeer ergerlijk
gefährlich hatelijk; stekelig; vijandelijk; vijandig delicaat; dreigend; eng; gevaarlijk; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair; risicovol; riskant
gehässig hatelijk; stekelig; vijandig achterbaks; boos; doortrapt; furieus; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; kwaad; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; met sarcasme; nijdig; onedel; razend; sarcastisch; slinks; sluw; snood; spinnijdig; stiekem; toornig; uitgekookt; vertoornd; woest; ziedend
giftig hatelijk; stekelig; vijandig aangebrand; boos; erg boos; furieus; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; giftig; kwaad; kwaadaardig; nadelig; nijdig; ongunstig; onvoordelig; pissig; prikkelbaar; razend; spinnijdig; toornig; toxisch; venijnig; vergiftig; vergiftigd; vertoornd; woest; ziedend
häslich hatelijk; stekelig; vijandig
unhold hatelijk; stekelig; vijandig afkerig; ongenegen; wars
widerborstig afkerig van; vijandig eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; koppig; onbestuurbaar; onbuigzaam; onhandelbaar; onhanteerbaar; onverzettelijk; onwillig; opstandig; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; stug; taai; tegendraads; weerbarstig; weerspannig

Palabras relacionadas con "vijandig":

  • vijandigheid, vijandiger, vijandigere, vijandigst, vijandigste, vijandige

Wiktionary: vijandig

vijandig
adjective
  1. zich als een vijand gedragend
vijandig
adjective
  1. jemandem feindlich gesinnt; seine Abneigung oder Hass offen zeigend

Cross Translation:
FromToVia
vijandig streitlustig belligerent — hostile, eager to fight
vijandig feindlich hostile — belonging or appropriate to an enemy
vijandig kampflustig; streitsüchtig pugnacious — aggressive, belligerent