Resumen
Neerlandés a alemán:   más información...
  1. wegleiden:


Neerlandés

Traducciones detalladas de wegleiden de neerlandés a alemán

wegleiden:

wegleiden verbo (leid weg, leidt weg, leidde weg, leidden weg, weggeleid)

  1. wegleiden (wegvoeren)
    wegführen; wegleiten
    • wegführen verbo (führe weg, führst weg, führt weg, führte weg, führtet weg, weggeführt)
    • wegleiten verbo

Conjugaciones de wegleiden:

o.t.t.
  1. leid weg
  2. leidt weg
  3. leidt weg
  4. leiden weg
  5. leiden weg
  6. leiden weg
o.v.t.
  1. leidde weg
  2. leidde weg
  3. leidde weg
  4. leidden weg
  5. leidden weg
  6. leidden weg
v.t.t.
  1. heb weggeleid
  2. hebt weggeleid
  3. heeft weggeleid
  4. hebben weggeleid
  5. hebben weggeleid
  6. hebben weggeleid
v.v.t.
  1. had weggeleid
  2. had weggeleid
  3. had weggeleid
  4. hadden weggeleid
  5. hadden weggeleid
  6. hadden weggeleid
o.t.t.t.
  1. zal wegleiden
  2. zult wegleiden
  3. zal wegleiden
  4. zullen wegleiden
  5. zullen wegleiden
  6. zullen wegleiden
o.v.t.t.
  1. zou wegleiden
  2. zou wegleiden
  3. zou wegleiden
  4. zouden wegleiden
  5. zouden wegleiden
  6. zouden wegleiden
diversen
  1. leid weg!
  2. leidt weg!
  3. weggeleid
  4. wegleidend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

wegleiden [znw.] sustantivo

  1. wegleiden
    Abführen; Fortführen; Wegführen

Translation Matrix for wegleiden:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
Abführen wegleiden laxeren; lozen; purgeren; spuien
Fortführen wegleiden
Wegführen wegleiden
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
wegführen wegleiden; wegvoeren afvoeren; meedragen; wegdragen; wegsjouwen; wegslepen; wegvoeren
wegleiten wegleiden; wegvoeren