Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. thema:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de thema de neerlandés a inglés

thema:

thema [het ~] sustantivo

  1. het thema (thema van een boek; subject; onderwerp)
    the theme; the subject; the subject matter; the principal theme; the topic; the item
  2. het thema (onderwerp)
    the topic; the principal theme
  3. het thema (stellingname; houding; standpuntbepaling; )
    the attitude; the position; the stand

thema

  1. thema
    the theme
    – A set of coordinated graphic elements applied to a document or Web page, or across all pages in a Web site. Themes can consist of designs and color schemes for fonts, link bars, and other page elements. 1
    • theme [the ~] sustantivo
  2. thema
    the theme
    – In ASP.NET, a collection of control properties, stylesheets, and images that can be applied as a unit to a page or Web site to define an overall appearance. 1
    • theme [the ~] sustantivo
  3. thema
    the theme
    – A set of colors and background images that lets users change the appearance of Windows Live pages. The theme is common to all pages, except for group, event, and space pages, which may each have their own theme. 1
    • theme [the ~] sustantivo
  4. thema
    the scene
    – An image and color combination designed to personalize a display window that is viewable to other people. For example, in Windows Live Messenger, someone can choose from a set of available scenes, or upload their own background image. They can also use a default color suggestion, or specify their own color. Someone's personalization is displayed in the main Messenger window (visible to themselves) and also in the main conversation window (visible to others). 1
    • scene [the ~] sustantivo
  5. thema (bureaubladthema)
    the theme; the desktop theme
    – A collection of visual elements and sounds for your computer desktop or device User Interface. A theme determines the look of the various visual elements of your User Interface, such as windows, icons, fonts, and colors, and it can include sounds. 1

Translation Matrix for thema:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
attitude bewering; houding; positie; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; thema denkbeeld; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; positie; stand van het lichaam; standpunt; visie; zienswijze
desktop theme bureaubladthema; thema
item onderwerp; subject; thema; thema van een boek Outlook-item; artikel; ding; goed; item; object; voorwerp; zaak
position bewering; houding; positie; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; thema ambt; arrangement; baan; betrekking; dienstbetrekking; functie; gesteldheid; gezichtshoek; gezichtspunt; indeling; invalshoek; job; klasse; ligging; maatschappelijke klasse; oogpunt; opstelling; orde; ordening; perspectief; positie; rang; rangschikking; schikking; slag; staat; stand; stand van het lichaam; standpunt; toestand; zienswijs
principal theme onderwerp; subject; thema; thema van een boek
scene thema scène
stand bewering; houding; positie; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; thema denkbeeld; driepoot; getuigenbank; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; kraam; kraampje; lezing; mat; matje; mening; onderlegger; onderstel; onderzetter; oordeel; opinie; opvatting; placemat; poot; sokkel; staander; stalletje; stand; stand op jaarbeurs; standpunt; tafelmatje; visie; voet; voetstuk; zienswijze; zuilvoet
subject onderwerp; subject; thema; thema van een boek afstudeerrichting; onderdaan; onderwerp; onderwerp van een zin; proefpersoon; schoolvak; studierichting
subject matter onderwerp; subject; thema; thema van een boek
theme bureaubladthema; onderwerp; subject; thema; thema van een boek
topic onderwerp; subject; thema; thema van een boek basislijn; grondlijn; hoofdlijn; hoofdlijn in plan of verhaal; onderwerp
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
position plaatsen; positioneren; zetten
stand doorleven; doorstaan; dragen; dulden; harden; staan; uithouden; uitzingen; velen; verdragen; verduren; verteren; volhouden
subject onder gezag brengen; onderwerpen

Palabras relacionadas con "thema":

  • themaatje, themaatjes

Wiktionary: thema

thema
noun
  1. een onderwerp dat behandelt wordt
thema
noun
  1. topic under discussion
  2. -
verb
  1. to move smoothly from one topic to another

Cross Translation:
FromToVia
thema topic ThemaLiteratur: Gegenstand oder Grundgedanke zum Beispiel einer schriftlichen Arbeit oder eines literarischen Werkes

Traducciones relacionadas de thema