Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. uitbenen:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de uitbenen de neerlandés a español

uitbenen:

uitbenen verbo (been uit, beent uit, beende uit, beenden uit, uitgebeend)

  1. uitbenen (villen; stropen; afhalen; afstropen)

Conjugaciones de uitbenen:

o.t.t.
  1. been uit
  2. beent uit
  3. beent uit
  4. benen uit
  5. benen uit
  6. benen uit
o.v.t.
  1. beende uit
  2. beende uit
  3. beende uit
  4. beenden uit
  5. beenden uit
  6. beenden uit
v.t.t.
  1. heb uitgebeend
  2. hebt uitgebeend
  3. heeft uitgebeend
  4. hebben uitgebeend
  5. hebben uitgebeend
  6. hebben uitgebeend
v.v.t.
  1. had uitgebeend
  2. had uitgebeend
  3. had uitgebeend
  4. hadden uitgebeend
  5. hadden uitgebeend
  6. hadden uitgebeend
o.t.t.t.
  1. zal uitbenen
  2. zult uitbenen
  3. zal uitbenen
  4. zullen uitbenen
  5. zullen uitbenen
  6. zullen uitbenen
o.v.t.t.
  1. zou uitbenen
  2. zou uitbenen
  3. zou uitbenen
  4. zouden uitbenen
  5. zouden uitbenen
  6. zouden uitbenen
en verder
  1. ben uitgebeend
  2. bent uitgebeend
  3. is uitgebeend
  4. zijn uitgebeend
  5. zijn uitgebeend
  6. zijn uitgebeend
diversen
  1. been uit!
  2. beent uit!
  3. uitgebeend
  4. uitbenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for uitbenen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
deshuesar afhalen; afstropen; stropen; uitbenen; villen ontpitten; pitten
desollar afhalen; afstropen; stropen; uitbenen; villen ontvellen; stropen
despellejar afhalen; afstropen; stropen; uitbenen; villen

Wiktionary: uitbenen

uitbenen
verb
  1. het been uit (het vlees) halen

Cross Translation:
FromToVia
uitbenen deshuesado désossage — Action de désosser.
uitbenen deshuesar désosser — ôter les os