Resumen
Neerlandés a francés:   más información...
  1. druisen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de druisen de neerlandés a francés

druisen:

druisen verbo (druis, druist, druisde, druisden, gedruisd)

  1. druisen (druist in tegen)

Conjugaciones de druisen:

o.t.t.
  1. druis
  2. druist
  3. druist
  4. druisen
  5. druisen
  6. druisen
o.v.t.
  1. druisde
  2. druisde
  3. druisde
  4. druisden
  5. druisden
  6. druisden
v.t.t.
  1. heb gedruisd
  2. hebt gedruisd
  3. heeft gedruisd
  4. hebben gedruisd
  5. hebben gedruisd
  6. hebben gedruisd
v.v.t.
  1. had gedruisd
  2. had gedruisd
  3. had gedruisd
  4. hadden gedruisd
  5. hadden gedruisd
  6. hadden gedruisd
o.t.t.t.
  1. zal druisen
  2. zult druisen
  3. zal druisen
  4. zullen druisen
  5. zullen druisen
  6. zullen druisen
o.v.t.t.
  1. zou druisen
  2. zou druisen
  3. zou druisen
  4. zouden druisen
  5. zouden druisen
  6. zouden druisen
diversen
  1. druis!
  2. druist!
  3. gedruisd
  4. druisend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for druisen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
aller à l'encontre de druisen; druist in tegen kruisen; laveren; tegen de wind in varen
être contraire à druisen; druist in tegen