Resumen
Neerlandés a francés:   más información...
  1. fijn maken:


Neerlandés

Traducciones detalladas de fijn maken de neerlandés a francés

fijn maken:

fijn maken verbo (maak fijn, maakt fijn, maakte fijn, maakten fijn, fijn gemaakt)

  1. fijn maken
    écraser; broyer; réduire en poudre
    • écraser verbo (écrase, écrases, écrasons, écrasez, )
    • broyer verbo (broie, broies, broyons, broyez, )

Conjugaciones de fijn maken:

o.t.t.
  1. maak fijn
  2. maakt fijn
  3. maakt fijn
  4. maken fijn
  5. maken fijn
  6. maken fijn
o.v.t.
  1. maakte fijn
  2. maakte fijn
  3. maakte fijn
  4. maakten fijn
  5. maakten fijn
  6. maakten fijn
v.t.t.
  1. heb fijn gemaakt
  2. hebt fijn gemaakt
  3. heeft fijn gemaakt
  4. hebben fijn gemaakt
  5. hebben fijn gemaakt
  6. hebben fijn gemaakt
v.v.t.
  1. had fijn gemaakt
  2. had fijn gemaakt
  3. had fijn gemaakt
  4. hadden fijn gemaakt
  5. hadden fijn gemaakt
  6. hadden fijn gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal fijn maken
  2. zult fijn maken
  3. zal fijn maken
  4. zullen fijn maken
  5. zullen fijn maken
  6. zullen fijn maken
o.v.t.t.
  1. zou fijn maken
  2. zou fijn maken
  3. zou fijn maken
  4. zouden fijn maken
  5. zouden fijn maken
  6. zouden fijn maken
en verder
  1. is fijn gemaakt
  2. zijn fijn gemaakt
diversen
  1. maak fijn!
  2. maakt fijn!
  3. fijn gemaakt
  4. fijn makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for fijn maken:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
broyer fijn maken aan stukken slaan; aantasten; aanvreten; bederven; bedwingen; beschadigen; beteugelen; fijndrukken; fijnmaken; fijnstampen; in bedwang houden; inslaan; kapotdrukken; kapotgooien; kapotslaan; onderdrukken; platdrukken; platmaken; pletten; stampen; stukgooien; stukslaan; terughouden; verbrijzelen; vergruizen; vermorzelen; verpletteren
réduire en poudre fijn maken fijn drukken; fijnmaken; platdrukken; verbrijzelen; vergruizen; vermorzelen; verpletteren
écraser fijn maken aan stukken slaan; bedwingen; beteugelen; breken; doen neerstorten; fijndrukken; fijnmaken; fijnmalen; fijnstampen; in bedwang houden; in stukken breken; inslaan; kapotbreken; kapotdrukken; kapotgooien; kapotslaan; malen; neerstorten; omverrijden; onderdrukken; overheen rijden; overrijden; overschrijven; platdrukken; platlopen; platmaken; platstampen; platwalsen; pletten; stampen; stukgooien; stukslaan; terughouden; verbrijzelen; vergruizen; vermalen; vermorzelen; verpletteren

Traducciones relacionadas de fijn maken