Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. bad:
  2. bidden:


Neerlandés

Sinónimos detallados de bad en neerlandés

bad:

bad [het ~] sustantivo

  1. het bad
    het zwembad; het bad
    • zwembad [het ~] sustantivo
    • bad [het ~] sustantivo
  2. het bad
    het bad
    • bad [het ~] sustantivo
  3. het bad
    – kuip om je in te wassen 1
    het bad
    – kuip om je in te wassen 1
    • bad [het ~] sustantivo
      • heb je het bad wel schoongemaakt?1
  4. het bad
    – water waarin je je zit te wassen 1
    het bad
    – water waarin je je zit te wassen 1
    • bad [het ~] sustantivo
      • ik neem een warm bad1

Palabras relacionadas con "bad":


Definiciones relacionadas de "bad":

  1. kuip om je in te wassen1
    • heb je het bad wel schoongemaakt?1
  2. water waarin je je zit te wassen1
    • ik neem een warm bad1

bad forma de bidden:

bidden verbo (bid, bidt, bad, baden, gebeden)

  1. bidden
    bidden; in gebed zijn
  2. bidden
    verzoeken; smeken; bidden; vragen
    • verzoeken verbo (verzoek, verzoekt, verzocht, verzochten, verzocht)
    • smeken verbo (smeek, smeekt, smeekte, smeekten, gesmeekt)
    • bidden verbo (bid, bidt, bad, baden, gebeden)
    • vragen verbo (vraag, vraagt, vroeg, vroegen, gevraagd)
  3. bidden
    bidden
    • bidden verbo (bid, bidt, bad, baden, gebeden)
  4. bidden
    – iets dingend vragen 1
    bidden
    – iets dingend vragen 1
    • bidden verbo (bid, bidt, bad, baden, gebeden)
      • ze bidden om vrede1
  5. bidden
    – praten met God 1
    bidden
    – praten met God 1
    • bidden verbo (bid, bidt, bad, baden, gebeden)
      • voor het eten wordt altijd gebeden1

Conjugaciones de bidden:

o.t.t.
  1. bid
  2. bidt
  3. bidt
  4. bidden
  5. bidden
  6. bidden
o.v.t.
  1. bad
  2. bad
  3. bad
  4. baden
  5. baden
  6. baden
v.t.t.
  1. heb gebeden
  2. hebt gebeden
  3. heeft gebeden
  4. hebben gebeden
  5. hebben gebeden
  6. hebben gebeden
v.v.t.
  1. had gebeden
  2. had gebeden
  3. had gebeden
  4. hadden gebeden
  5. hadden gebeden
  6. hadden gebeden
o.t.t.t.
  1. zal bidden
  2. zult bidden
  3. zal bidden
  4. zullen bidden
  5. zullen bidden
  6. zullen bidden
o.v.t.t.
  1. zou bidden
  2. zou bidden
  3. zou bidden
  4. zouden bidden
  5. zouden bidden
  6. zouden bidden
diversen
  1. bid!
  2. bidt!
  3. gebeden
  4. biddende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

bidden [znw.] sustantivo

  1. bidden
    bidden; het gebed

Definiciones relacionadas de "bidden":

  1. iets dingend vragen1
    • ze bidden om vrede1
  2. praten met God1
    • voor het eten wordt altijd gebeden1

Sinónimos relacionados de bad