Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. beledigen:


Neerlandés

Sinónimos detallados de beledigen en neerlandés

beledigen:

beledigen verbo (beledig, beledigt, beledigde, beledigden, beledigd)

  1. beledigen
    schelden; uitschelden; beledigen; uitjouwen; uitmaken voor
    • schelden verbo (scheld, scheldt, schold, scholden, gescholden)
    • uitschelden verbo (scheld uit, scheldt uit, schold uit, scholden uit, uitgescholden)
    • beledigen verbo (beledig, beledigt, beledigde, beledigden, beledigd)
    • uitjouwen verbo
    • uitmaken voor verbo (maak uit voor, maakt uit voor, maakte uit voor, maakten uit voor, uitgemaakt voor)
  2. beledigen
    – iets zeggen of doen waardoor je iemand pijn doet of boos maakt 1
    beledigen
    – iets zeggen of doen waardoor je iemand pijn doet of boos maakt 1
    • beledigen verbo (beledig, beledigt, beledigde, beledigden, beledigd)
      • hij was diep beledigd door dat scheldwoord1

Conjugaciones de beledigen:

o.t.t.
  1. beledig
  2. beledigt
  3. beledigt
  4. beledigen
  5. beledigen
  6. beledigen
o.v.t.
  1. beledigde
  2. beledigde
  3. beledigde
  4. beledigden
  5. beledigden
  6. beledigden
v.t.t.
  1. heb beledigd
  2. hebt beledigd
  3. heeft beledigd
  4. hebben beledigd
  5. hebben beledigd
  6. hebben beledigd
v.v.t.
  1. had beledigd
  2. had beledigd
  3. had beledigd
  4. hadden beledigd
  5. hadden beledigd
  6. hadden beledigd
o.t.t.t.
  1. zal beledigen
  2. zult beledigen
  3. zal beledigen
  4. zullen beledigen
  5. zullen beledigen
  6. zullen beledigen
o.v.t.t.
  1. zou beledigen
  2. zou beledigen
  3. zou beledigen
  4. zouden beledigen
  5. zouden beledigen
  6. zouden beledigen
diversen
  1. beledig!
  2. beledigt!
  3. beledigd
  4. beledigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Palabras relacionadas con "beledigen":

  • beledigende

Definiciones relacionadas de "beledigen":

  1. iets zeggen of doen waardoor je iemand pijn doet of boos maakt1
    • hij was diep beledigd door dat scheldwoord1