Resumen
Sinónimos en neerlandés: más información...
-
gemeen:
- gemeen; achterbaks; sluw; geraffineerd; uitgekookt; geslepen; snood; slinks; stiekem; leep; gewiekst; geniepig; listig; doortrapt; gehaaid; gluiperig; gebruikelijk; gangbaar; gewoon; normaal; laag; laag-bij-de-grond; onedel; laaghartig; slecht; vals; min; met slechte intentie; kwaadwillig; schurkachtig; boosaardig; boefachtig; scherp; fel; doordringend; bijtend; kwaadaardig
Neerlandés
Sinónimos detallados de gemeen en neerlandés
gemeen:
-
gemeen
-
gemeen
gebruikelijk; gangbaar; gewoon; gemeen; normaal-
gebruikelijk adj.
-
gangbaar adj.
-
gewoon adj.
-
gemeen adj.
-
normaal adj.
-
-
gemeen
laag; laag-bij-de-grond; gemeen; onedel; laaghartig-
laag adj.
-
laag-bij-de-grond adj.
-
gemeen adj.
-
onedel adj.
-
laaghartig adj.
-
-
gemeen
-
gemeen
slecht; met slechte intentie; gemeen; vals; kwaadwillig-
slecht adj.
-
met slechte intentie adj.
-
gemeen adj.
-
vals adj.
-
kwaadwillig adj.
-
-
gemeen
schurkachtig; gemeen; gluiperig; vals; boosaardig; boefachtig-
schurkachtig adj.
-
gemeen adj.
-
gluiperig adj.
-
vals adj.
-
boosaardig adj.
-
boefachtig adj.
-
-
gemeen
gemeen; scherp; fel; doordringend; bijtend-
gemeen adj.
-
scherp adj.
-
fel adj.
-
doordringend adj.
-
bijtend adj.
-
-
gemeen
– met slechte bedoelingen 1laag; gemeen; kwaadaardig; boosaardig– met slechte bedoelingen 1-
laag adj.
-
gemeen adj.
-
kwaadaardig adj.
-
boosaardig adj.
-
-
gemeen
– van meer mensen, gezamenlijk 1