Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir geslepenheid

Sinónimos de "geslepenheid" en neerlandés

Eliminar anuncios

Resumen

Sinónimos en neerlandés: más información...

geslepenheid:
- geslepenheid; gewiekstheid; sluwheid; leepheid; arglistigheid; arglist; linkheid; listigheid; geraffineerdheid; doortraptheid; gladheid
geslepen:
- gemeen; achterbaks; sluw; geraffineerd; uitgekookt; geslepen; snood; slinks; stiekem; leep; gewiekst; geniepig; listig; doortrapt; gehaaid; gluiperig; vlak; effen; gelijk; egaal; glad; strak; plat; vlakuit; arglistig; link; gepolijst; gladgemaakt; gladgeslepen; door en door; geroutineerd; uitgeslapen; doorgewinterd

Neerlandés

Sinónimos detallados de geslepenheid en neerlandés

geslepenheid:

geslepenheid [de ~ (v)] sustantivo

de geslepenheid
de geslepenheid; de gewiekstheid
- geslepenheid [de ~ (v)] sustantivo
- gewiekstheid [de ~ (v)] sustantivo
de geslepenheid
de sluwheid; de leepheid; arglistigheid; de arglist; linkheid; de geslepenheid; de listigheid
- sluwheid [de ~ (v)] sustantivo
- leepheid [de ~ (v)] sustantivo
- arglistigheid [znw.] sustantivo
- arglist [de ~] sustantivo
- linkheid [znw.] sustantivo
- geslepenheid [de ~ (v)] sustantivo
- listigheid [de ~ (v)] sustantivo
de geslepenheid
geraffineerdheid; de doortraptheid; de gladheid; de sluwheid; de geslepenheid; de leepheid; de gewiekstheid
- geraffineerdheid [znw.] sustantivo
- doortraptheid [de ~ (v)] sustantivo
- gladheid [de ~ (v)] sustantivo
- sluwheid [de ~ (v)] sustantivo
- geslepenheid [de ~ (v)] sustantivo
- leepheid [de ~ (v)] sustantivo
- gewiekstheid [de ~ (v)] sustantivo

Palabras relacionadas con "geslepenheid":

geslepen

geslepen:

geslepen adj.

geslepen
gemeen; achterbaks; sluw; geraffineerd; uitgekookt; geslepen; snood; slinks; stiekem; leep; gewiekst; geniepig; listig; doortrapt; gehaaid; gluiperig
- gemeen adj.
- achterbaks adj.
- sluw adj.
- geraffineerd adj.
- uitgekookt adj.
- geslepen adj.
- snood adj.
- slinks adj.
- stiekem adj.
- leep adj.
- gewiekst adj.
- geniepig adj.
- listig adj.
- doortrapt adj.
- gehaaid adj.
- gluiperig adj.
geslepen
vlak; effen; gelijk; egaal; glad; geslepen; strak; plat; vlakuit
- vlak adj.
- effen adj.
- gelijk adj.
- egaal adj.
- glad adj.
- geslepen adj.
- strak adj.
- plat adj.
- vlakuit adv.
geslepen
sluw; geraffineerd; geslepen; listig; arglistig; doortrapt; slinks; link; leep
- sluw adj.
- geraffineerd adj.
- geslepen adj.
- listig adj.
- arglistig adj.
- doortrapt adj.
- slinks adj.
- link adj.
- leep adj.
geslepen
gepolijst; geslepen; gladgemaakt; gladgeslepen
- gepolijst adj.
- geslepen adj.
- gladgemaakt adj.
- gladgeslepen adj.
geslepen
sluw; geslepen; gewiekst; gehaaid; leep
- sluw adj.
- geslepen adj.
- gewiekst adj.
- gehaaid adj.
- leep adj.
geslepen
door en door; geroutineerd; uitgeslapen; geslepen; doorgewinterd
- door en door adv.
- geroutineerd adj.
- uitgeslapen adj.
- geslepen adj.
- doorgewinterd adj.

Palabras relacionadas con "geslepen":

geslepenheid

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios