Interglot - "huiswerk": sinónimos en neerlandés

Resumen

Sinónimos en neerlandés: más información...

Neerlandés

Sinónimos detallados de huiswerk en neerlandés

het huiswerk
schoolwerk; het huiswerk
- schoolwerk
- huiswerk [het ~] sustantivo
het huiswerk
huishoudelijk werk; het huiswerk
- huishoudelijk werk
- huiswerk [het ~] sustantivo
het huiswerk

– opdrachten van school die je thuis moet maken ¹
het huiswerk
– opdrachten van school die je thuis moet maken ¹
- huiswerk [het ~] sustantivo
  - hebben we nog huiswerk voor Engels?¹

opdrachten van school die je thuis moet maken¹
- hebben we nog huiswerk voor Engels?¹