Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. kneden:


Neerlandés

Sinónimos detallados de kneden en neerlandés

kneden:

kneden verbo (kneed, kneedt, kneedde, kneedden, gekneed)

  1. kneden
    vervaardigen; kneden; vormen; modelleren; maken
    • vervaardigen verbo
    • kneden verbo (kneed, kneedt, kneedde, kneedden, gekneed)
    • vormen verbo (vorm, vormt, vormde, vormden, gevormd)
    • modelleren verbo (modelleer, modelleert, modelleerde, modelleerden, gemodelleerd)
    • maken verbo (maak, maakt, maakte, maakten, gemaakt)

Conjugaciones de kneden:

o.t.t.
  1. kneed
  2. kneedt
  3. kneedt
  4. kneden
  5. kneden
  6. kneden
o.v.t.
  1. kneedde
  2. kneedde
  3. kneedde
  4. kneedden
  5. kneedden
  6. kneedden
v.t.t.
  1. heb gekneed
  2. hebt gekneed
  3. heeft gekneed
  4. hebben gekneed
  5. hebben gekneed
  6. hebben gekneed
v.v.t.
  1. had gekneed
  2. had gekneed
  3. had gekneed
  4. hadden gekneed
  5. hadden gekneed
  6. hadden gekneed
o.t.t.t.
  1. zal kneden
  2. zult kneden
  3. zal kneden
  4. zullen kneden
  5. zullen kneden
  6. zullen kneden
o.v.t.t.
  1. zou kneden
  2. zou kneden
  3. zou kneden
  4. zouden kneden
  5. zouden kneden
  6. zouden kneden
en verder
  1. ben gekneed
  2. bent gekneed
  3. is gekneed
  4. zijn gekneed
  5. zijn gekneed
  6. zijn gekneed
diversen
  1. kneed!
  2. kneedt!
  3. gekneed
  4. knedend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze