Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. kous:
  2. kou:


Neerlandés

Sinónimos detallados de kous en neerlandés

kous:

kous [de ~] sustantivo

  1. de kous
    de kous
    • kous [de ~] sustantivo
  2. de kous
    – kledingstuk voor voet en been 1
    de kous
    – kledingstuk voor voet en been 1
    • kous [de ~] sustantivo
      • ik draag geen sokken maar kousen in de winter1

Palabras relacionadas con "kous":


Definiciones relacionadas de "kous":

  1. kledingstuk voor voet en been1
    • ik draag geen sokken maar kousen in de winter1

kous forma de kou:

kou [de ~ (v)] sustantivo

  1. de kou
    de koude; de kou
    • koude [de ~ (v)] sustantivo
    • kou [de ~ (v)] sustantivo
  2. de kou
    – het heersen van een lage temperatuur 1
    de kou
    – het heersen van een lage temperatuur 1
    • kou [de ~ (v)] sustantivo
      • we kregen veel kou in januari1

Palabras relacionadas con "kou":


Definiciones relacionadas de "kou":

  1. het heersen van een lage temperatuur1
    • we kregen veel kou in januari1

Sinónimos relacionados de kous