Neerlandés

Sinónimos detallados de leugen en neerlandés

leugen:

leugen [de ~] sustantivo

  1. de leugen
    de leugen; het bedrog; de onwaarheid
  2. de leugen
    de fictie; het sprookje; de fabel; de verdichting; het verzinsel; de leugen; het verdichtsel; het bedenksel
  3. de leugen
    – iets dat niet waar is 1
    de leugen
    – iets dat niet waar is 1
    • leugen [de ~] sustantivo
      • hij vertelt alleen leugens1

Palabras relacionadas con "leugen":


Antónimos de "leugen":


Definiciones relacionadas de "leugen":

  1. iets dat niet waar is1
    • hij vertelt alleen leugens1