Neerlandés

Sinónimos detallados de loeder en neerlandés

loeder:

loeder [de ~ (m)] sustantivo

  1. de loeder
    de loeder; vals wicht; het kreng
  2. de loeder
    de kuttenkop; het hoerenjong; de pleurislijder; pleurislijer; de smeerlap; de klootzak; de schoft; de loeder; de ploert
  3. de loeder
    de teef; het viswijf; de helleveeg; de haaibaai; de loeder; de heks; de feeks

Palabras relacionadas con "loeder":

  • loeders, loedertje