Neerlandés
Sinónimos detallados de met krijt tekenen en neerlandés
met krijt tekenen:
met krijt tekenen verbo (teken met krijt, tekent met krijt, tekende met krijt, tekenden met krijt, getekend met krijt)
-
met krijt tekenen
met krijt tekenen-
met krijt tekenen verbo (teken met krijt, tekent met krijt, tekende met krijt, tekenden met krijt, getekend met krijt)
-
Conjugaciones de met krijt tekenen:
o.t.t.
- teken met krijt
- tekent met krijt
- tekent met krijt
- tekenen met krijt
- tekenen met krijt
- tekenen met krijt
o.v.t.
- tekende met krijt
- tekende met krijt
- tekende met krijt
- tekenden met krijt
- tekenden met krijt
- tekenden met krijt
v.t.t.
- heb getekend met krijt
- hebt getekend met krijt
- heeft getekend met krijt
- hebben getekend met krijt
- hebben getekend met krijt
- hebben getekend met krijt
v.v.t.
- had getekend met krijt
- had getekend met krijt
- had getekend met krijt
- hadden getekend met krijt
- hadden getekend met krijt
- hadden getekend met krijt
o.t.t.t.
- zal met krijt tekenen
- zult met krijt tekenen
- zal met krijt tekenen
- zullen met krijt tekenen
- zullen met krijt tekenen
- zullen met krijt tekenen
o.v.t.t.
- zou met krijt tekenen
- zou met krijt tekenen
- zou met krijt tekenen
- zouden met krijt tekenen
- zouden met krijt tekenen
- zouden met krijt tekenen
diversen
- teken met krijt!
- tekent met krijt!
- getekend met krijt
- tekenend met krijt
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze